Berbertalen

Gestart door TAMASINT FALUJAH, 03/07/2005 om 19:32:52

TAMASINT FALUJAH

De Berbertalen (vaak kortweg 'Berber' genoemd, soms 'Tamazight') vormen samen een tak van de Afro-Aziatische taalfamilie en worden gesproken in Noord-Afrika. Het taalgebied strekt zich uit van Marokko in het westen tot het Egyptische Siwa in het oosten en van de Middellandse Zee in het noorden tot Niger in het zuiden; de meeste sprekers bevinden zich echter in Marokko, Algerije, en Libië. Het Berbers wordt gesproken door ongeveer de helft van de Marokkanen, een derde van de Algerijnen en een vijfde van de Libiërs. Het totaal aantal sprekers van Berbertalen is moeilijk te bepalen omdat veel landen in de Maghreb geen taal-informatie opnemen in hun volkstellingen; het wordt geschat op ongeveerd twintig miljoen (Stroomer 2002:14).

De naam die de Berber-sprekers zichzelf geven is Imazighen, 'vrije mensen'. 'Tamazight', in Noordelijk Berber de eigennaam voor de taal, is de vrouwelijke vorm van het enkelvoud 'amazigh' van 'imazighen'. De overeenkomstige term in Tuareg is, afhankelijk van het dialect, 'Tamasheq/Tamahaq/Tamajaq'. De term 'Berber' is verreweg de meest gebruikte maar wordt door veel Imazighen ervaren als geringschattend. Het woord 'berber' is verwant aan het Nederlandse 'barbaar': beide woorden gaan terug op het Griekse barbaros, waarmee de oude Grieken alle volken aanduidden die geen Grieks spraken.

1 Classificatie
2 Subclassificatie
2.1 Noordelijk Berber
3 Geschiedenis van het Tamazight
4 Tegenwoordige positie van het Tamazight
4.1 Marokko
4.2 Algerije
5 Grammatica
5.1 Mannelijke en vrouwelijke woorden
5.2 Meervoud
6 Bronnen
6.1 Algemeen
6.2 Grammatica's
7 Externe links



Classificatie
De Berbertalen worden algemeen geclassificeerd als één van de takken van de Afro-Aziatische taalfamilie (andere takken zijn bijvoorbeeld Semitisch, Cushitisch, en Tsjadisch). Al in de negende eeuw zag de Hebreeuwse (Joodse) grammaticus Judah ibn Quraysh van Tiaret een verband tussen Berber en de Semitische talen (Arabisch, Hebreeuws, Aramees). In 1876 kwam Friedrich Müller met hypothese van een Hamito-Semitische taalfamilie; Berber bevond zich volgens hem in de Hamitische groep samen met bijvoorbeeld Egyptisch en Kushitisch. Marcel Cohen (in 1950) verwierp het idee van een aparte 'Hamitische' groep en dat werd bevestigd door het werk van Joseph Greenberg, die daarom in zijn boek The Languages of Africa (1963) een nieuwe naam voor de familie voorstelde: Afro-Aziatisch. Die naam is de meest gebruikte tot op heden.

In het verleden is door traditionele Arabisten wel eens gesuggereerd dat de Berbers uit Jemen gemigreerde Arabieren zijn, en ook dat de Berbertalen een verbasterde vorm van het Arabisch zijn. Mustapha Ouachi heeft beweerd dat de Semitische talen mogelijk juist aftakkingen zijn van Tamazight. In de moderne taalkunde worden beide standpunten door niemand aangehangen, vooral omdat het problematisch is om zulke beweringen te bewijzen.


Subclassificatie
In de 19e eeuw, toen nog maar weinig Berbertalen gedetailleerd beschreven waren, werd soms gesproken van 'het Berber' alsof het om één taal zou gaan. De kolonisatie van delen van Noord-Afrika door Frankrijk bracht meer taalkundige interesse voor de Berbertalen met zich mee. Taalvergelijkend onderzoek heeft sindsdien uitgewezen dat de Berbertalen onderverdeeld kunnen worden in verschillende groepen. Het Berber valt volgens Maarten Kossmann (1999) uiteen in twee dialect continua, Noordelijk Berber en Tuareg (de taal van de Tuareg-nomaden), en een aantal geïsoleerde talen:

Nefusa-Siwa talen (in de Siwa oase, Egypte)
Ghadames-Awjila talen (in Ghadames, Libie)
Noordelijke Berbertalen (Tamazight)
Zenati talen (Marokko, Algerije, Libië)
Kabyle (Algerije)
Marokkaanse Atlas talen (Marokko)
Tuaregtalen (of Tamasheq, Tamahaq, Tamajaq) (Algerije, Niger, Mali, Libië)
Zenaga (Mauritanië)
Guanche, de taal die voor de kolonisatie op de Canarische eilanden gesproken werd, wordt op grond van de overgebleven inscripties en de weinige woorden die nog in gebruik zijn is beschouwd als een Berbertaal; tot welke tak van de Berbertalen het behoorde is niet meer met zekerheid vast te stellen.

Het Noordelijk Berber is vooral op het gebied van de woordenschat behoorlijk beïnvloed door het Arabisch, dat naar Noord-Afrika gebracht werd door de Islamitische expansie in de zevende eeuw. De Tuareg-nomaden verzetten zich tegen de invloed van de Islamisering en dat verzet, samen met het feit dat ze een geïsoleerd leven leidden, had tot gevolg dat de verschillende Tuareg-dialecten aanmerkelijk minder invloed ondergingen van het Arabisch en andere talen. Wanneer Tuareg 'de meeste zuivere vorm van Berber' wordt genoemd, wordt dus bedoeld dat het waarschijnlijk de minste externe invloeden heeft ondergaan.

Maarten Kossmann (1999) heeft een begin gemaakt met het reconstrueren van het Proto-Berber op grond van historisch vergelijkend taalkundig onderzoek van een groot aantal Berbervarianten.

Noordelijk Berber
Omdat de Noordelijke Berbertalen zo nauw aan elkaar verwant zijn, maar ook omdat het onderscheid tussen taal en dialect vaag en arbitrair is, zijn de meningen verdeeld over hoe het Noordelijk Berber onderverdeeld zou moeten worden. Eind jaren negentig begon de officiële Marokkaanse zender "RTM" met nieuwsuitzendingen in het Tarifit, Tassoussit en Tashalhit waarbij deze varianten werden aangeduid als dialecten. Stroomer (2002) onderscheidt daarentegen drie hoofdtalen in Marokko: Tarifit, Tashelhiyt en Tamazight (zie onder). De verwarring wordt vergroot door het feit dat 'Tamazight', traditioneel de naam voor het Midden-Atlas Berber, soms wordt gebruikt als overkoepelende term voor de verschillende varianten.

Het Noordelijk Berber kan onderverdeeld worden in vier hoofdtalen (Sadiqi 1998, Kossmann 1999, Stroomer 2002). Binnen die talen is veel dialectale variatie door de geografische afstand tussen verschillende gemeenschappen; volgens sommige schattingen kunnen we tot meer dan driehonderd kleinere dialecten onderscheiden. De vier hoofdtalen zijn:

Tarifit, gesproken door de één à twee miljoen Riffijnen in het Rif-gebergte in Marokko. Deze taal is de moedertaal van de meeste Imazighen in Nederland, die op hun beurt het grootste deel van de Marokkanen in Nederland uitmaken.
Tamazight, in het Midden-Atlas gebied in Marokko, met twee à drie miljoen sprekers. De term 'Tamazight' wordt soms breder gebruikt tegenwoordig, in de zin van het hele Marokkaans Berber of zelfs het hele Noordelijk Berber.
Tashelhiyt, in het zuiden van Marokko onder Marrakech, gesproken door zes à acht miljoen mensen. Tashelhiyt wordt soms onderverdeeld in het Tashlhiyt van de Schluh (Schleuh, Silhe) en het Tassoussiyt van de Ssous.
Kabylisch (Taqbaylit), gesproken ten oosten van Algiers, Noord-Algerije, door ongeveer vijf miljoen Kabyliërs. Dit is de taal van de voetballer Zinedine Zidane.


TAMASINT FALUJAH

Geschiedenis van het Tamazight
De Imazighen worden door aantal historici niet als etnische groep gezien, maar als eentalige eenheid, want er zijn blanke, bruine en zwarte Imazighen, en er wonen bijvoorbeeld ook zogeheten "joodse berbers".

Het Tamazight ontstond waarschijnlijk met verschijnen van de Capsien (genoemd naar Gafsa in Tunesië) in de periode tussen 9000 en 6000 v.C. De Imazighen zijn naar Noord-Afrika geïmmigreerd nadat de omstandigheden in de Sahara erger en erger werden en het leven daar nagenoeg onmogelijk werd. Er stierven veel diersoorten uit, ook volgens Herodotus die schreef dat de Imazighen uit Lubya komen, en met Lubya bedoelde hij Tamazgha (de regio waarin de Imazighen leefden).

Volgens de taalkundigen kunnen de migratiepatronens van de oude volkeren ontdekt worden, door de aftakkingen van de talen te onderzoeken. Zo wordt wel eens gesteld dat de Imazighen uit de streek van Ethiopië geïmmigreerd zijn. Dit is in overeenstemming met de indeling in de Afro-Aziatische talen waartoe Tamazight wordt gerekend.

Volgens historici leefden de eberomaurisian in de streek van Marokko tussen de periode tussen 20000 en 9000 v.C., en volgens archeologische verwijzingen zijn er sporen die zouden bewijzen dat de Amazigh-Mens (Capsien) een cultuur had die samenhangt met die van de Ibiri-Moren, zoals de godsdienstige rituelen.


Tegenwoordige positie van het Tamazight
[bewerken]
Marokko
In 2003 besloot de Marokkaanse overheid dat het Tamazight op school zou worden onderwezen. Er moest toen beslist worden in welk schrift het geschreven zou worden. Er werden drie schriftsoorten voorgesteld om te gebruiken voor het schrijven van Tamazight:

Het Arabische schrift
Het Latijnse schrift
Het Tifinagh.
De islamitische partijen en de arabisten gaven de voorkeur aan het Arabische schrift, terwijl de Imazighen-organisaties de voorkeur aan het Latijnse schrift gaven, omdat die laatste schrijfwijze internationaal gebruikt wordt. Maar uiteindelijk besloot men om het Tamazight in het Tifinagh te onderwijzen. Het Koninklijk Instituut voor de Imazighische cultuur in Marokko koos het Tifinagh als het schrift voor Tamazight.

Aanvankelijk gaven 14 leden hun stem voor Tifinagh en 13 voor het Latijnse schrift en 5 voor het Arabische schrift. Na deze stemming bleven het Tifinagh en het Latijnse schrift over als kandidaten. Uiteindelijk werd de voorkeur aan Tifinagh gegeven vanwege de sterke band van dat schrift met de geschiedenis van de Imazighen.

De voorstanders van het Arabisch schrift stelden:

Het Latijnse schrift is pro-Europees (pro-Westers).
Het Latijnse schrift is bedreiging voor het schrift van de Koran en de taal van het paradijs (zoals Arabisch soms gezien wordt).
Er zijn al vanaf de 15e eeuw geschriften in het Tashelhiyt, in het Arabische schrift.
De voorstanders van het Latijns schrift brachten daar tegenin:

Het Latijnse schrift is oorspronkelijk een Afrikaans schrift.
Het Frans, wat in Marokko een erkende taal is, gebruikt het ook het Latijnse schrift.
Volgens Snoessi mag de koran naar andere talen vertaald worden.
Volgens sommigen is het Arabische schrift niet helemaal Arabisch omdat het afgeleid zou zijn van het Aramese schrift; er wordt zelfs gesteld dat de koran niet helemaal in Arabisch geschreven is.
De recente ontwikkelingen hebben ervoor gezorgd dat de positie van het Tamazight in Marokko versterkt is.


Algerije
In Algerije is Tamazight een erkende taal

Grammatica
In 1929 legde André Basset de grondslagen voor vergelijkende taalkunde van het Berber met zijn boek over het Berber-werkwoord in verschillende varianten van het Berber. Sindsdien zijn er veel studies verschenen waarin verschillende Berbertalen op een bepaald onderdeel van de taal met elkaar vergeleken worden. Van de meeste Berbertalen is echter nog geen uitgebreide beschrijving of grammatica verschenen. Een paar van de uitzonderingen zijn: het Tuareg dialect van Ahaggar, waarvan in 1973/74 een vierdelige grammatica verscheen van de hand van Karl Prasse; het Tuareg dialect van Burkina Faso ('Tamasheq'), beschreven in Sudlow 2001; Maarten Kossmann's beschrijvingen van het Figuig uit Oost-Marokko (1997) en het Rifijns (2000); en de Kabyle grammatica's van Rabdi (2004) en Naït-Zerrad (2001). Van de wat betreft aantal sprekers belangrijke variant Tashelhyt is nog geen beschrijvende grammatica verschenen (cf. Stroomer 2002). Het gebrek aan taalbeschrijvingen maakt het soms moeilijk om taalvergelijkend onderzoek te doen en is één van de redenen waarom men nog niet tot een algemeen aanvaarde subclassificatie van de Berbertalen gekomen is.


Mannelijke en vrouwelijke woorden
Vrouwelijke woorden hebben als kenmerk dat er zowel aan het begin van het woord als aan het eind een t wordt toegevoegd.

Voorbeeld:

Mannelijke vorm Vrouwelijke vorm
Amazigh (iemand van de Imazighen bevolking, Berber) Tamazight (vrouw uit de Imazighen bevolking, Berberse)
arba (jongen) tarbat (meisje)
[bewerken]
Meervoud
Het meervoud kan als volgt worden gevormd:

aan het begin van het woord wordt de a te vervangen door de i
aan het het eind van het woord wordt en (bij mannelijke woorden) of in (bij vrouwelijke woorden) toegevoegd.
Bij vrouwelijke woorden vervalt hierbij de t aan het eind van het woord. De t aan het begin van het woord blijft staan.

Voorbeeld:

Enkelvoud Meervoud
Amazigh (iemand van de Imazighen bevolking) Imazighen
afus (hand) ifassen (handen)
Tamazight (vrouw uit de Imazighen bevolking) Timazighin (vrouwen uit de Imazighen bevolking)

Er zijn meerdere manieren om het meervoud te vormen en er zijn ook heel wat uitzonderingen, wat het voor anderstaligen moeilijk maakt de taal te leren.