kronieken van het Riffijnse verzet..

Gestart door Dora, 13/06/2004 om 13:59:44

Dora

Hoofdstuk 3

Een week daarna gebeurde wat Abdelkarim helemaal niet had verwacht. Rifijnse soldaten die eerder de bezette gebieden als huurlingen het Spaanse leger hadden gediend, waren nu naar Alhoceima gevlucht. Ze weigerden tegen hen eigen stammen te worden ingezet. Ze hadden hun superieuren vermoord en waren er vandaar gegaan met wapens en munitie. Ze waren goed getraind en hadden belangrijke informatie over het Spaanse leger dat zich nu in Aroui  verzamelde om de expansie door te zetten richting Alhoceima.
Twee weken later bereikte Abdelkarim het nieuws dat het vijandelijke leger op weg was naar Anoual. De Spaanse generaal Silves was niet van plan om te juichen over het succes van zijn landgenoot generaal Peringo tegen Raysouni in de noordwest gebieden. Hij wilde tot het hart van de rifstammen doordringen. Hij wilde het plateau van Anoual bezetten als strategische vertrekpunt. De hooggelegen vlakte leek een ideaal Spaans garnizoen te kunnen worden om het Rifgebergte te controleren en het verzet te verzwakken..

Abdelkarim riep de stamhoofden op voor een spoedzitting en besloot de vijand de doorgang naar Anoual te verhinderen. Hij bedacht een plan. Hij wilde de guerrillastrijd een tactiek toepassen, in een moeilijk bereikbaar landschap dat hij en zijn mannen goed kenden. De Spanjaarden die met een generaal en veel duizenden soldaten op de been waren, bereikten tot hen verbazing de Anoual hoogte in het hart van het Rifgebergte zonder enige verzet of zelfs maar een schot te hoeven lossen. Nu waren Alhoceima  en de omringende dorpen aan de beurt. Een kwestie van tijd…

Die dag zagen de Riffijnen dat legertenten en Spaanse vlaggen de heuvel sierden. Ze bereidden zich op het plan van Abdelkarim. Toen het donker werd omsingelden de stammen de bevolkte heuvel. Mannen in djellaba verschransten zich achter rotsen en bomen. Ze omhelsden hun geweer en wierpen scherpe blikken op de vijandelijke doelen die zich achter een stenen muur bevonden. De aanhoudende schoten die daarna drie dagen lang op elkaar werden gelost brachten beide partijen weinig schade toe. Maar het water liep de heuvel niet op en voedsel lag niet onder stenen. Het Spaanse leger wist dat maar al te goed. Toen een voedselkonvooi werd tegengehouden en de helft van de gewapende begeleiders werd gedood, besefte generaal Silves dat hij zichzelf en zijn soldaten op Anoual in een wurgende hinderlaag had gebracht.

De aanhoudende pogingen van Silves om de omsingeling te doorbreken waren tevergeefs de kanonnen die ze hadden meegebracht, waren zeer lastig verplaatsbaar. Het landschap was moeilijk. Als eenmaal het onderstel van de kanonnen naar beneden was gehaald, kon de lange loop moeilijk gericht worden. En zonder kanonnen konden ze hun schuilplaats niet verlaten. Anders zouden ze een makkelijke prooi zijn voor de Riffijnen die zich overal goed verborgen hielden.

Ook een tweede voedselkonvooi kon de heuvel niet bereiken, en kon ook niet terugkeren nar Tafersiet. Dorst en honger waren nu dodelijker geworden dan de verre Riffijnse kogels. Toen gebeurde het;

De wanhopige soldaten wilden koste wat kost de heuvel verlaten, maar de generaal wilde die actie, met rampzalige gevolgen, voorkomen. Hij had zijn hoop gevestigd op een versterking vanuit Mellila. Als deze maar op tijd zouden komen. Dit gebeurde niet. Mellila was ver genoeg om een tweede leger niet te kunnen sturen. De Riffijnen wisten nu dat het moment van de veldslag was aangebroken. Het uitgehongerde en gedemoraliseerde Spaanse leger zou maar een doel hebben; zich veilig terugtrekken. De Riffijnen wisten ook dat er veel buit viel te bemachtigen. Op de heuvel bevond zich een schat met uitgeputte soldaten. Het leek op een koninkrijk der bijen die voorraad honing bedekken. De vermoeide bijen moesten slechts worden weggejaagd.

Die nacht kropen gewapende mannen in djellaba naar het plateau van Anoual. Ze gehoorzaamden de orders niet. Ze mochten wat er ook gebeurde hun posten niet verlaten tot nader order. Maar iets in hen drong hen naar voren. Het land verdedigen, een hoge status afdwingen of gewoon de eigendommen van de vermoorde soldaten bemachtigen. Honderden strijders kronkelden als slangen tussen stenen met het geweer in hun rechterhand en een mes onder hun riem. Ze stroomden als sprinkhanen. Ze kropen als dodelijke schaduwen van de ene walnootboom naar de volgende en van ene rots naar de andere. Het waren de laatste uren van de nacht…………………………….

Dora

#1
wil je het begin en het eind van het verhaal >>> wacht dan op de bundel :) :) :)...

dit verhaal is geschreven door een collega van mij met zowel waarheden als eigen inbreng...

Amezian

#2

Citeerwil je het begin en het eind van het verhaal >>> wacht dan op de bundel :) :) :)...

dit verhaal is geschreven door een collega van mij met zowel waarheden als eigen inbreng...
We wachten wel op de bundel!Maar welke bundel,precies?
Ik hoop dat die eigen inbreng geen onwaarheden bevat!