-menu

Toon bijdragen

Deze sectie stelt je in staat om alle bijdragen van dit lid te bekijken. Je kunt alleen de bijdragen zien waar je op dit moment toegang toe hebt.

Toon bijdragen-menu

Topics - Izwan

#1
In de media / Piekeren over Intifada
18/01/2009 om 13:33:37
Piekeren over Intifada (column)
12/01/2009
“Intifada, Intifada, Palestina Vrij!” scandeerde Harry van Bommel tijdens de demonstratie tegen het Israelische bloedbad in Gaza. Hij oogstte daarmee veel kritiek. Maar wat betekent Intifada eigenlijk? Waarom schrikken mensen van dit woord?
Ongemerkt is de Nederlandse taal verrijkt met heel wat Arabische woorden. Een oude uitdrukking is piekeren, afkomstig van het Arabische woord fikir (gedachte) dat via het Maleise pikir naar het koloniale Nederland moet zijn overgewaaid.
Saddam Hoessein bracht ons de term “de moeder aller oorlogen” oftewel de ergste of grootste van alle oorlogen. Deze uitdrukking komt regelrecht uit het Arabisch, waar de term “moeders van..” een overtreffende trap van iets kan aanduiden, misschien vergelijkbaar met de Nederlandse uitdrukking “het Mekka van …”, een uitdrukking die vreemd genoeg met Arabisch niets van doen heeft.
Sinds 1987 kennen we ook het woord Intifada. Intifada betekent verzet. Zoals verzet tegen de Israelische bezetting. Het woord kan verschillende schakeringen in zich dragen, bijv. een staking, een wilde staking. Of burgerlijke ongehoorzaamheid. Of een opstand met een meer gewelddadig karakter met stenen en katapulten. We hebben het allemaal op televisie gezien. Ook ons Nederlandse woord verzet heeft dit brede scala van betekenissen. Van vreedzaam naar gewelddadig. Opstand en verzet tegen onderdrukking is een begrip dat we in Nederland met waardering beoordelen op en rondom "onze" 4 en 5 mei. Vele Nederlanders hebben vanwege hun bijdrage in Het Verzet onderscheidingen gekregen. Verzet is Goed. In Het Verzet hebben verzetslieden ook uiteenlopende vormen van opstand tegen de bezetting gebruikt, zoals stakingen, vervalsen van bonnenboekjes, leeghalen van de Nederlandse Bank, aanslagen op treinen, gebouwen, en zelfs personen. Het is een eer om in Het Verzet te hebben gezeten en ook degenen die in Het Verzet gesneuveld zijn worden jaarlijks geëerd.
Met het woord Intifada ligt dat moeilijker. Zodra het over verzet van andere onderdrukkingen gaat dan gaat Nederland wat moeizamer met dat begrip om. Denk maar aan onze eigen koloniale geschiedenis in Indonesië maar ook aan de - nu wel, maar vroeger niet - breed bejubelde Mandela.
Je mag in Nederland niet oproepen tot Intifada, want dat wordt gezien als een aanmoediging om Israelische burgers te doden. Die uitleg is natuurlijk onterecht. Een opstand tegen een bezetting is legitiem, en verzet ertegen ook, mits bepaalde regels in acht worden genomen. Verzet tegen onderdrukking is een - volkenrechtelijk erkend - recht en dat verzet verdient alle steun! De onderdrukking steunen, dat is misdadig.
De vele demonstraties en wakes van de afgelopen 10 dagen zijn ook een vorm van Intifada, Nederlanders komen in opstand tegen de Israelische bezetting, en tegen de partijdigheid die de Nederlandse regering voor Israel aan de dag legt. Harry van Bommel mag dus rustig “Intifada!” scanderen. Het is jammer dat Agnes Kant Harry van Bommel hiervoor heeft berispt. Ze geeft er blijk van dat ze niet overtuigd is van het recht van de Palestijnen zich te verzetten met alle legale middelen die hun ter beschikking staan. Als dat zo is vrees ik dat Agnes Kant dubbele maatstaven hanteert: wat goed is voor de een is dit niet voor de ander. Ik wil haar zeggen: De vrijheid is, evenals de mensenrechten, ondeelbaar.
Tegenwoordig zie je vaak op TV mannen in Gaza stervend op de grond liggen, met de wijsvinger omhoog. Waar willen ze dan toch op wijzen? Nee, ze wijzen nergens op. Die éne wijsvinger onderstreept een gebed waarin de gelovige Moslim voor de laatste maal getuigt dat er maar één God is en dat is Allah, in de hoop dat deze hem zijn zonden zal vergeven. Deze getuigenis heet in het Arabisch shahada. En degene die sterft in de strijd is een shahied oftewel iemand die deze getuigenis uitspreekt. In normaal Nederlands noemen wij zo iemand een gesneuvelde. Maar Nederlanders duiden Moslims die sneuvelen doorgaans aan met het exotisch aandoende woord “martelaar” , een woord dat in onze taal eigenlijk slaat op iemand die voor zijn overtuiging sterft.
Verder is er het woord “Jihad”, dat vaak vertaald wordt als “Heilige Oorlog”. Veel mensen zien dit woord als een tegenhanger van ons woord “kruistocht”, een strijd tegen de ongelovigen die te vuur en te zwaard dient te worden gestreden. Die dimensie zit er inderdaad wel in, maar evenals het woord “Intifada” kent het woord vele schakeringen. Het betekent krachtsinspanning en strijd. De profeet Mohammed zou ooit gezegd hebben: “de grootste jihad is de jihad tegen jezelf, waarmee hij wilde aangeven hoe moeilijk het is om je eigen karakterfouten te bestrijden.
In de strijd om Palestina zullen Hamas aanhangers om begrijpelijke redenen eerder het woord jihad hanteren dan intifada. Het woord Hamas betekent overigens enthousiast, ijverig, vurig, en tenslotte fanatiek. En Fatah betekent overwinning. Leve de vrijheid!



Sonja Zimmermann

NPK lid



#2
dinsdag 13 januari 2009

De voorgeschiedenis van de oorlog tegen Gaza

Avi Schlaim is een bekende Israëlische historicus, een van de eersten van de ‘nieuwe historici’ die aan het werk gingen om de Israëlische ontstaansgeschiedenis te ontdoen van mythologie. Hij is op dit moment professor Internationale Betrekkingen aan de Universiteit van Oxford. De Israëlische oorlog tegen Gaza is niet begonnen met het afschieten van raketten, zoals Israël ons graag wil doen geloven. Daarom is het belangrijk het gebeuren in een historisch accurate context te zetten. Schlaim heeft daar een beknopt begin mee gemaakt. Ik vertaalde het, voegde wat voetnoten toe. Het origineel is hier te vinden.

Hoe Israël Gaza aan de rand van de afgrond bracht

De enige manier om de onbegrijpelijke oorlog van Israel in Gaza te begrijpen is door het te plaatsen in een historische context. Het stichten van de staat Israel in 1948 is gepaard gegaan met een enorm onrecht tegenover de Palestijnen. De Britten waren vol verwijten over de Amerikaanse partijdigheid tegenover de prille staat. Op 2 juni 1948 schreef Sir John Troutbeck aan de minister van Buitenlandse Zaken, Ernest Bevin, dat de Amerikanen verantwoordelijk waren voor het scheppen van een gangster staat met aan het hoofd ‘ een volstrekt gewetenloze bende leiders’. Eens dacht ik dat dit oordeel te hard was, maar Israels verschrikkelijke aanval op de bevolking van Gaza, en de medeplichtigheid van de Bush administration in deze aanval, hebben mij op andere gedachten gebracht.

Ik schrijf als iemand die in de jaren zestig loyaal in het Israelische leger gediend heeft, en die nooit twijfels had over het bestaansrecht van de staat Israël binnen de grenzen van 1967. Wat ik volstrekt afwijs is het zionistische koloniale project aan de andere kant van de Groene Lijn (1). De Israëlische bezetting van de Westoever en de Gazastrip na juni 1967 had heel weinig te maken met veiligheid en alles met territoriaal expansionisme. Het doel was om een Groot Israël te stichten door middel van permanente politieke, economische en militaire controle over de Palestijnse Gebieden. Met las gevolg een van de meest langdurige en gewelddadige militaire bezettingen in het moderne tijdperk.

Veertig jaar van Israëlische heerschappij hebben een onmetelijke schade aangericht aan de economie van de Gaza Strip. Met een grote bevolkingsgroep aan vluchtelingen van 1948 opeengedreven in een minimaal strookje land, zonder infrastructuur of natuurlijke grondstoffen, leek de toekomst van Gaza toch al niet zo voorspoedig. Maar Gaza is niet simpelweg een geval van onderontwikkeling, maar een heel specifiek en wreed geval van opzettelijke on-ontwikkeling (2). Om de bijbelse uitdrukking te gebruiken, Israël veranderde de bevolking van Gaza in ‘houthakkers en waterdragers’, een arbeidsleger aan goedkope arbeidskracht en een afzetmarkt voor Israëlische producten. De ontwikkeling van een lokale industrie werd actief ontmoedigd en gehinderd teneinde het voor de Palestijnen onmogelijk te maken om hun afhankelijkheid van Israel te beëindigen, en zodoende nooit de economische voorwaarden te kunnen ontwikkelen die nodig zijn voor werkelijke politieke onafhankelijkheid.

Gaza is een klassiek geval van koloniale uitbuiting in het post-koloniale tijdperk. Joodse nederzettingen in beszet gebied zijn immoreel, illegaal, en een onoverkomelijke struikelblok voor vrede. Ze zijn tegelijkertijd een middel tot uitbuiting en een symbool van de gehate bezetting. In Gaza waren er maar acht duizend joodse kolonisten (in 2005) op 1,4 miljoen inheemse bevolking. Toch hadden de nederzettingen een kwart van het gebied tot hun beschikking, 40% van het bebouwbare land, en het leeuwendeel van de waterbronnen. Als haringen in een ton levend tegen het gebied van de buitenlandse indringers aan, leefde de inheemse bevolking in bitttere armoede en een ongelooflijke ellende. Nog steeds leeft 80% van hen van niet minder dan twee dollar per dag. De slechte levensomstandigheden in de Gazastrip zijn een aanfluiting voor de beschaafde waarden die we hanteren, ze zijn de aanleiding voor verzet, en ze vormen een broedplaats voor politiek extremisme.

In augustus 2005 trok de Likoed regering, onder het hoofd van Ariel Sharon zonder onderhandelingen, eenzijdig, de achtduizend kolonisten uit Gaza terug, en vernielde de huizen en broeikassen die ze achter hadden gelaten (3) Hamas, de islamitische verzetsbeweging, was het gelukt om de Israëli’s uit Gaza te verdrijven. Die terugtrekking was een vernedering voor het leger (4). Naar de buitenwereld deed Sharon alsof de terugtrekking een bijdrage was voor de vrede, gebaseerd op een twee-staats oplossing. Maar in het jaar erna werden 12000 kolonisten gehuisvest op de Westoever, waarmee nog minder ruimte overbleef voor een onafhankelijke Palestijnse staat. Land roven en vrede stichten sluiten elkaar uit. Israel had een keuze en koos meer land boven vrede.

Het werkelijke doel was om eenzijdig de grenzen van Groot-Israel te bepalen door de grote nederzettingen op de Westoever te annexeren en bij Israel te trekken. De terugtrekking uit Gaza was dus geen begin van een vredesovereenkomst met het Palestijnse Gezag, maar het begin van een verdere zionistische expansie op de Westoever. Een beslissing die, naar mijn mening onterecht, werd gezien als in het algemeen belang van Israel. Feitelijk gaat het daarbij om een fundamentele afwijzing van de Palestijnse nationale identiteit, de terugtrekking uit Gaza was in werkelijkheid een poging om ook op de lange termijn te verhinderen dat het Palestijnse volk enige onafhankelijk politiek bestaan op konden bouwen op hun eiegn land.

De kolonisten werden uit Gaza teruggetrokken, maar de Israelische soldaten hielden verder alles onder controle, de toegang tot de Gazastrip, zowel over land, door de lucht als over het water. Gaza werd van de ene op de andere dag een grote openluchtgevangenis. Vanaf het moment dat de kolonisten vertrokken waren had de Israelische luchtmacht de volledige vrijheid om daar te bombarderen, om sonic booms te veroorzaken door laag over het land door de geluidsbarriere te vliegen, en daarmee de onfortuinlijke bewoners van de gevangenis te terroriseren.

Israel schildert zichzelf graag af als een democratische oase in een zee van totalitaire regimes. Maar Israel heeft in zijn gehele geschiedenis nooit ook maar iets gedaan om de democratie aan de Arabische kant te ondersteunen, en veel om die te ondermijnen. Israel heeft een lange geschiedenis van geheime overeenkomsten en samenwerking met reactionaire Arabische regimes die meewerken om het Palestijnse nationalisme te onderdrukken. Ondanks al die belemmeringen is het Palestijnse volk er in geslaagd om een begin te maken met de enige werkelijke democratie in de Arabische wereld, met Libanon als enige andere uitzondering. In januari 2006 werden vrije en eerlijke verkiezingen gehouden voor de Wetgevende Raad van het Palestijnse Gezag (5), waarmee de Hamas-regering aan de macht kwam. Israel besloot onmiddelijk om de democratische verkozen regering niet te erkennen, naar zij zeiden omdat Hamas een terroristische organisatie was.

Schaamteloos volgden Amerika en Europa Israel in hun pogingen om Hamas uit te sluiten en de demoniseren, beginnend met het inhouden van de belastingopbrengsten en het tegenhouden van buitenlandse hulp. Er volgde een surrealistische situatie, waarbij de internationale gemeenschap economische sancties oplegde, niet aan de bezettende mogendheid maar op degenen die onder bezetting moeten leven, niet aan de onderdrukker maar aan de onderdrukten.

Als zo vaak in de tragische geschiedenis van Palestina waren het de slachtoffers die de schuld kregen van hun eigen ongeluk. Israels propaganda machine draaide volle toeren om de wereld te laten geloven dat de Palestijnen terroristen zijn, dat ze samenleven met de joodse staat afwijzen, dat hun nationalisme gelijk staat aan antisemitisme, dat Hamas niet meer is dan een bende religieuze fanaten, en dat de islam niet te verenigen is met een democratie. In werkelijkheid zijn de Palestijnen hele gewone mensen met hele gewone wensen. Ze zijn niet beter, maar ook niet slechter dan willekeurig welke andere nationale groep. Wat zij boven alles willen, is een stuk land dat ze hun eigen land kunnen noemen, waarop ze in vrijheid en waardigheid kunnen leven.

Net als andere radicale bewegingen, begon Hamas met de matiging van hun politieke programma toen ze eenmaal aan de macht waren. Van de volledige afwijzing van Israel in hun oorspronkelijke handvest bewogen ze zich in de richting van een pragmatische acceptatie van de twee-staats oplossing. In maart 2007 vormden ze met fatah een eenheidsregering die bereid was om met Israel te onderhandelen over een wapenstilstand voor lange tijd. Maar Israel weigerde om te onderhandelen met een regering waar ook hamas plaats in had.

Israel ging door met het aloude spel van verdeel en heers, en stoken tussen de rivaliserende partijen. Aan het eind van de jaren tachtig had Israel al Hamas ondersteund, toen nog in een pril stadium, zodat zij Fatah konden ondermijnen, de seculiere nationale beweging die geleid werden door Yasser Arafat. En nu begon Israel de corrupte en plooibare Fatah leiders te belonen voor het omverwerpen van hun religieuze politieke rivalen en de macht over te nemen. Agressieve Amerikaanse neocons participeerden ook in de sinistere samenzwering om Fatah opnieuw aan de macht te helpen. Hun inmenging was van cruciaal belang bij het ineenstorten van de eenheidsregering en de machtsovername van Hamas, nadat ze in juni 2007 een coup van Fatah hadden verijdeld.

De oorlog die Israel op 27 december begon tegen Gaza was een vervolg op kleinere confrontaties en botsingen met de Hamas regering. Maar breder gezien is het een oorlog, niet met Hamas, maar met het hele Palestijnse volk dat Hamas immers had verkozen. Het doel dat Israel aangaf was om Hamas te verzwakken, en de druk op hun leiders op te voeren en ze daarmee te dwingen in te stemmen met een wapenstilstand op Israels voorwaarden. Het doel dat niet expliciet wordt gemaakt is om er voor te zorgen dat de hele wereld de Palestijnen van Gaza als niets anders meer zien dan als een humanitair probleem, en daarmee onze aandacht af te leiden van waar het in essentie om gaat: om hun strijd voor onafhankelijkheid en een eigen staat.

De timing van deze oorlog is ingegeven door politiek opportunisme. De landelijke verkiezingen zijn gepland op 10 februari, en in de verkiezingscampagne streven alle deelnemers ernaar om zo stoer mogelijk over te komen. De top bobo’s van het leger hadden al langer staan de trappelen om Hamas een dodelijke slag toe te brengen, om hun eigen in de mislukte oorlog tegen Hezbollah in juli 2006 beschadigde reputatie te herstellen. Israels cynische leiders konden ook rekenen op de apathie en de slapheid van de pro-westerse Arabische regimes en de blinde steun van President Bush in de nadagen van zijn ergeringsperiode in het Witte Huis. Bush deed braaf wat hem gevraagd werd en gaf de gehele schuld voor de crisis aan Hamas, en sprak zijn veto uit tegen de voorstellen van de VN veiligheidsraad om ogenblikkelijk een wapenstilstand te sluiten en gaf daarmee Israel carte blanche om een grondoffensief in Gaza te beginnen.

Zoals altijd speelt het machtige Israël dat zij het slachtoffer zijn van de Palestijnse agressie, maar de formidabele machtsongelijkheid tussen de twee partijen laten weinig ruimte voor twijfel wie het werkelijke slachtoffer is. Dit is werkelijk een conflict tussen David en Goliath (6) maar het bijbelse beeld is nu omgedraaid - een kleine en weerloze Palestijnse David die oog in oog staat met een zwaar bewapende, meedogenloze en overdonderende Goliath. En zoals altijd wordt her brute militaire geweld vergezeld gegaan van de retoriek van slachtofferschap en een mengelmoes van zelfmedelijden en gelijkhebberij. In het Hebreeuws staat dat bekend als het syndroom van bokhim ve-yorim, “wenen terwijl je schiet”.

Zeker is Hamas geen geheel onschuldige partij in dit conflict. Toen ze zagen dat de verkiezingsoverwinning hen door de neus geboord werd, en ze geconfronteerd werden met een gewetenloze tegenstander, namen ze hun toevlucht tot het wapen van de zwakken: terreur. Militanten van Hamas en de Islamitische Jihad bleven Kassam raketten afschieten op de Israelische nederzettingen aan de grens bij Gaza, tot Egypte in juni bemiddelde bij een staakt-het-vuren die zes maanden zou duren. De schade die de primitieve raketten veroorzaken is klein, maar het psychologische effect is groot, en dat bracht de Israelische bevolking er toe om hun regering om bescherming te vragen. Onder de omstandigheden had Israel het recht om zichzelf te verdedigen maar zijn reactie op deze speldenprikken was volstrekt buiten proportie. De cijfers spreken voor zich. In de drie jaar na de terugtrekking uit Gaza werden er elf Israeli’s gedood door de aanvallen met raketten. Aan de andere kant, werden alleen al in de periode tussen 2005 en 2007 1290 Palestijnen gedood, waaronder 222 kinderen.

Ongeacht het aantal, burgers doden is altijd verkeerd. Dat geldt voor Israel net zo goed als voor Hamas. Maar Israel reageerde altijd al met een ongebreidelde en ongekende wreedheid tegen de bewoners van gaza. Israel stelde ook de blokkade in van Gaza, nadat de wapenstilstand in werking ging, wat in de ogen van Hamas neerkwam op ene schending van de afspraken. Gedurende de wapenstilstand hield Israel elke export uit gaza tegen, wat tegen het verdrag van 2005 is, en wat leidde tot een scherpe daling van de werkgelegenheid. Het officiele werkloosheidscijfer is 49,1%. Tegelijkertijd verlaagde Israel het aantal vrachtwagens dat toegestaan werd om Gaza in te rijden met voedsel, benzine, gas om op de koken, reserve onderdelen voor het irrigatiesysteem, en medische goederen. Het is moeilijk voorstelbaar hoe het uithongeren en kou laten lijden van de bevolking van Gaza bij kan dragen tot de veiligheid van de mensen aan de Israelische kant van de grens. Maar zelfs als dat wel zou hebben geholpen, dan nog was het immoreel, een vorm van collectieve straf die absoluut verboden is in het internationale humanitaire recht.

De bruutheid van de Israelische soldaten wordt alleen overtroffen door de leugenachtigheid van hun woordvoerders. Acht maanden voor de huidige oorlog op Gaza begon had Israel al een Nationaal Informatie Bureau in leven geroepen. Hun taak was om de boodschap te verspreiden dat het Hamas was die de wapenstilstand had verbroken, dat het Israel alleen gaat om het verdedigen van hun bevolking, en dat de Israelische troepen er alles aan doen om onschuldige burgers te ontzien. Israels spin doctors, hun propagandisten, zijn er opmerkelijk succesvol in om deze boodschap te verspreiden. Maar in essentie bestaat hun propaganda uit een boel leugens.

Er is een brede kloof tussen de verhalen van de woordvoerders en de werkelijkheid van Israels daden. Het was niet Hamas die de wapenstilstand verbrak. Het israelische leger deed een inval in Gaza op 4 november, waarbij zes Hamas mensen werden gedood. Het gaat er Israel niet alleen om om hun bevolking te beschermen, maar uiteindelijk om de Hamas regering ten val te brengen, door de bevolking op te zetten tegen hun leiders. En Israel deed er niets aan om de burgers te sparen, integendeel, Israel is schuldig aan de niets ontziende bombardementen, en aan een drie jaar durende blokkade die de nu anderhalf miljoen tellende bevolking van Gaza aan de rand van een humanitaire ramp brachten.

De bijbelse spreuk van een oog voor een oog, is op zich al wreed genoeg. Maar Israels krankzinnige aanval op Gaza lijkt uit de gaan van een oog voor een wimper. Na acht dagen van bombardementen met een dodental van meer dan 400 Palestijnen en 4 Israëli’s vond dat kabinet van brallers het nog nodig om met een grondoffensief te komen, waarvan de gevolgen niet zijn te overzien.

Geen enkele militaire escalatie kan Israel vrijwaren voor raketten van de militaire vleugel van Hamas. Ondanks alle dood en verderf die Israel over ze heeft uitgestort, hebben ze hun verzet niet gestaakt en zijn doorgegaan met het afvuren van raketten. Hamas is een beweging die slachtofferschap en martelaarschap hoog in het vaandel hebben. Er is geen militaire oplossing voor een conflict tussen twee samenlevingen. Het probleem met Israels idee over veiligheid is dat het geen enkele rekening wenst te houden met de meest elementaire veiligheid van die andere samenleving. de enige manier waarop Israel veiligheid kan verkrijgen voor de eigen bevolking is niet door te schieten, maar door met Hamas te gaan praten. Hamas heeft herhaaldelijk aangegeven bereid te zijn om te onderhandelen over een wapenstilstand voor een lange periode, 20, 30 of 50 jaar, op basis van een joodse staat binnen de grenzen van 1967. Israel heeft dit aanbod afgewezen om dezelfde reden dat het het vredesplan van de Arabische Liga van 2002 heeft afgewezen - het aanbod ligt er nog steeds, Israel is niet bereid tot concessies of compromissen.

Deze korte samenvatting van het Israelische beleid van de laatste veertig jaar maakt het onmogelijk om een andere conclusie te trekken dan dat Israel een schurkenstaat is geworden met een bende meedogenloze leiders aan de top. Een schurkenstaat die routinematig het internationale recht schendt, in bezit is van wapens van massavernietiging, en die terrorisme - het gebruik van geweld tegen burgers voor politieke doeleinden. Israel voldoet aan alle drie de criteria voor een schurkenstaat. Ze kunnen daar niet onderuit.

Het uiteindelijke doel van Israel is niet een vreedzame coexistentie met zijn Palestijnse buren, maar militaire overheersing. Het blijft de fouten uit het verleden wegpoetsen met nieuwe fouten. En nog rampzaliger fouten. Politici, net als andere mensen, staat het natuurlijk vrij om de leugens en de fouten van het verleden te herhalen. Maar ze zijn er niet toe verplicht.

Voetnoten (door Anja Meulenbelt) :
(1) De Groene Lijn is de grens tussen de Westoever en Gaza, en Israël, zoals die bestond tussen 1948 en 1967, toen Israël de gebieden veroverde op respectievelijk Jordanië en Egypte. Israel heeft nooit aan willen geven waar hun grenzen liggen, aan de ene kant behandelen ze de Palestijnse gebieden alsof ze al deel uitmaken van Groot-Israël, aan de andere kant behandelen ze de gebieden als vijandig buitenland, waar ze niet voor verantwoordelijk zijn en waar je oorlog mee kunt voeren.
(2) Schlaim neemt hier een uitdrukking over van econome Sara Roy, “de-development”, het tegendeel van ontwikkeling dus. Roy heeft meerdere studies geschreven over de tactiek van Israël om de eigen economie van Gaza te vernietigen, en daarmee de Gazaanse bevolking voor de meest essentiele zaken van Israel afhankelijk te maken. Jaren terug, ik heb dat nog meegemaakt, werd Gaza gebruikt als een goedkoop arbeidsreservoir, en ook als een afzetgebied. Gedurende de Israëlische bezetting is de economie van Gaza steeds verder verwoest en de levenstandaard verder omlaag gegaan, tot nu het grootste deel van de bevolking moet leven onder de armoedegrens (van 2 dollar per dag per persoon) en afhankelijk is van internationale voedselhulp. Vandaar dat de miljoenen die er naar Gaza gaan om de bevolking niet letterlijk te laten creperen maar voor een heel klein deel gebruikt kunnen worden om iets in Gaza op te bouwen - zolang de blokkade duurt en er niets in- of uitgevoerd kan worden is elke ontwikkeling geblokkeerd. Zie Roy, hier.
(3) Bij de meeste koloniale ondernemingen laat de koloniserende mogendheid na terugtrekking nog wel iets achter: schoolgebouwen, kerken, ziekenhuizen. Israel liet niets achter. Ik heb zelf waar kunnen nemen, nadat de kolonisten uit Gaza waren teruggetrokken dat alles was vernield, inclusief de elektriciteit en de waterleiding. Alleen een aantal broeikassen die aan de VS werden verkocht stonden nog.
(4) Ik ben het er overigens niet eens met Schlaim dat Israel door Hamas gedwongen was om zich uit Gaza terug te trekken, en dat dat een ‘vernedering’ was. Het is waar dat door het verzet van de Gazanen veel verdediging aanwezig moest zijn om die paar duizend kolonisten te beschermen (waarvan de meesten volgens de bevolking In Gaza vaak niet eens aanwezig waren) maar de doorslaggevende argumenten om ze terug te trekken waren volgens anderen a. dat de nederzettingen niet rendabel waren - het was duur om ze te handhaven, dat b. er weinig te winnen viel voor Israël aan land, anders dan op de Westoever, omdat Gaza al zo enorm overbevolkt was, en c. dat de aanwezigheid van de kolonisten Israël verhinderde om voluit oorlog te voeren en te bombarderen. De eerste daad van Israël toen de kolonisten weg waren was een zenuwenoorlog te beginnen tegen de bevolking, door dag en nacht straaljagers vlak boven de grond door de geluidsbarrière te laten vliegen. Dat gaf enorme knallen, waar veel ruiten van sneuvelden, kinderen totaal over hun toeren raakten, en mensen niet meer sliepen.
(5) De Wetgevende Raad lijkt het meest op een parlement, maar is dat officieel nog niet omdat de Palestijnse gebieden formeel geen staat zijn. Hun macht was uiteraard beperkt tot de wetgeving die intern moest gelden, omdat de meeste macht over Gaza in handen is van Israel. Het Palestijnse parlement gaat niet over de grenzen, wie en wat er in en uit kunnen, en ook het bevolkingsregister is nog steeds in handen van Israël.
(6) Het David en Goliath verhaal is zeer geliefd in de Israëlische mythologie. Bij de propagandistische ontstaansgeschiedenis van Israël hoort het sprookje dat de zionistische troepen, David, heldhaftig stand hielden tegenover een meerderheid aan Arabische legers die de nieuwe staat binnenvielen om de prille joodse staat te vernietigen. De werkelijkheid is al door de nieuwe historici boven tafel gebracht: de zionistische troepen waren zowel numeriek en qua training en wapens ruimschoots superieur aan de Arabische legers, die slecht bewapend, slecht getraind en slecht gecoördineerd waren, en bovendien weinig gemotiveerd. De Palestijnse strijders waren bovendien de neergeslagen opstanden van voor 1948 nog niet te boven gekomen, waarbij veel van hun manschappen waren gesneuveld.

-Bron-

#3

„Joden moeten in Israël zijn als Messias komt”

DEN HAAG - Enkele honderden betogers van Christenen voor Israël en aanverwante organisaties zijn vrijdag bijeengekomen in Den Haag om Israël te steunen in de strijd tegen Hamas. „Wij staan achter Israël, achter de God van Israël.”

Wat er op het Plein in Den Haag moet klinken? „De waarheid”, zegt Leo Markus, lid van Christenen voor Israël, uit Waddinxveen, „de waarheid en anders niets. In Korinthe lees ik dat de bazuin een helder geluid moet voortbrengen. Vandaag brengen wij dat in de praktijk.”

Samen met Ewout Hol en Rob de Rooij is hij in een restaurant neergestreken, om zich op de betoging voor te bereiden. Hij zet een grote ramshoorn aan de mond. „Mannen, voor de God van Abraham, Izak en Jakob, Die het land aan Israël heeft gegeven”, klinkt het. Even later loeit de ramshoorn door het café.
„Wij staan achter Israël, achter de God van Israël”, verklaart Hol zijn aanwezigheid bij de betoging. Hij volgt de berichtgeving in de media over het gewapend conflict tussen het Israëlische leger en Hamas op de voet. „Wat absoluut onderbelicht is gebleven, is waarom onze Joodse broeders en zusters erop gebrand zijn om het land Israël te blijven. Ze moeten er zijn als de Messias komt.”

„Is het je opgevallen”, vraagt De Rooij, „dat er ondanks de talloze raketaanvallen nog maar zo weinig Israëlische slachtoffers zijn gevallen? God Zelf strijdt voor Zijn volk.” In vogelvlucht laat hij de geschiedenis van Israël de revue passeren. „God bracht Israël iedere keer in het beloofde land. Van de Eufraat tot de Tigris; Israël mag het land nooit prijsgeven. Sharon is ongehoorzaam geweest, kijk wat er van hem gekomen is. Hij ligt geveld.” Tegen elven stroomt een hoek van het Plein vol met enkele honderden betogers. Directeur Naftaniel van het CIDI spreekt de sympathisanten toe. Hij vraagt de Nederlandse regering Israël te blijven steunen.

Over het vredesbestand dat in de maak is, is hij positief. „Maar pas op. Het vorige bestand was slechts een opstap voor meer agressie door Hamas,” aldus Naftaniel, die memoreert dat er vrijdagochtend opnieuw elf raketaanvallen op Israël zijn uitgevoerd.

Ook Ziv Hagbi, een 18-jarige inwoner van de Israëlische grensplaats Sderot, en Elisabeth Lubotsky, oud-voorzitter van de jongerenafdeling van het CIDI, roepen de menigte op Israël te blijven steunen.

http://www.refdag.nl/artikel/1384441...sias+komt.html

#4
Weinig toezicht op wapens naar Israël

Amsterdam 7 januari 2009 -- De aanval op Gaza door het Israëlische leger wordt uitgevoerd met mede in Nederland gemaakte wapens. Ook bestaan er intensieve contacten tussen Nederlandse en Israëlische militaire bedrijven. Daarnaast worden er via Nederland wapens en munitie vanuit de Verenigde Staten naar Israël getransporteerd zonder toetsing aan het EU wapenexportbeleid. Nu minister Verhagen hulp heeft aangeboden bij controle op wapenleveranties aan Hamas mag verwacht worden dat Nederland ook de controle op wapenleveranties aan Israël aanscherpt.

Israël is een van de grootste wapenimporteurs ter wereld. Zowel wapendoorvoer als wapenuitvoer naar Israël via derde landen wordt door Nederland niet gecontroleerd. De Apaches waarmee de steden in Gaza beschoten worden zijn met Nederlandse onderdelen gemaakt; Stork is enige leverancier voor Apache landingsgestellen die door de VS aan Israël worden geleverd. DSM levert bepantsering voor Israëlische pantservoertuigen. Daarnaast werken Nederlandse militaire bedrijven samen met de Israëlische defensie-industrie, met name in de productie van antitankwapens voor de export naar derde landen. Directe leveringen aan het Israëlische leger van Nederlandse militaire producten is niet toegestaan, maar handel met de Israëlische wapenindustrie, die grootste leverancier van het Israëlische leger, wordt wel toegestaan.

De Nederlandse regering volgt de lijn dat wapenexportvergunningen voor Israël in beginsel worden geweigerd op grond van criteria 2 (slechte mensenrechtensituatie), 3 (interne spanningen) en 4 (regionale spanningen) van het EU wapenexportbeleid. Maar doorvoer en indirecte leveringen worden niet getoetst aan het EU wapenexportbeleid. Daarmee ondergraaft de regering haar eigen criteria.
In de periode 2006-2007 vonden 142 wapenzendingen naar Israël via Nederland plaats. Gegevens over 2008 ontbreken, omdat de overheid deze ondanks toezeggingen aan de Tweede Kamer nog steeds niet openbaar heeft gemaakt. Eind 2008 is een deel van de militaire doorvoer naar Israël verplaatst naar het Belgische vliegveld Luik, officieel vanwege verhoging van de landingsgelden op Schiphol. Het leeuwendeel van de doorvoer in 2006-2007 betrof munitie-gerelateerd materiaal, bijna allemaal afkomstig uit de Verenigde Staten. Tijdens de oorlog in Libanon gingen deze leveringen gewoon door. Nederland heeft de juridische mogelijkheid om een ad-hoc vergunningsplicht op te leggen voor het toetsen van doorvoer van militaire goederen aan de EU wapenexportregels. In de praktijk wordt hier vrijwel nooit gebruik van gemaakt als de zending afkomstig is van een bondgenoot, zelfs niet als die bondgenoot een heel ander wapenexportbeleid voert dan Nederland.

http://www.stopwapenhandel.org/actue...09/pbgaza.html
#5
Citaten uit de Talmoed - Het Heiligste Boek der Joden
Leerstelling van de Talmoed: Niet-Joden zijn niet menselijk
De Talmoed definieert specifiek allen die niet Joods zijn als onmenselijke dieren, en beschouwt speciaal niet-Joden als niet afstammend van Adam. We geven nu een lijst met enkele passages uit de Talmoed die met dit onderwerp in verband staan:
"De Joden worden mensen genoemd, maar niet-Joden zijn geen mensen. Het zijn beesten." Talmoed: Baba mezia, 114b
"De Akum (niet-Jood) is als een hond. Ja, de geschriften leren ons aan de hond meer eer te betonen dan aan de niet-Jood." Ereget Raschi Erod. 22 30
"Zelfs hoewel God de niet-Jood schiep zijn het nog altijd dieren in menselijke gedaante. Het is niet gepast voor een Jood om te worden gediend door een dier. Daarom zal hij worden gediend door dieren in mensengedaante. " Midrasch Talpioth, p. 255, Warsaw 1855
"Een zwangere niet-Jood is niet beter dan een zwanger dier." Coschen hamischpat 405
"De zielen van niet-Joden komen van onzuivere geesten en worden varkens genoemd." Jalkut Rubeni gadol 12b
"Hoewel de niet-Jood dezelfde lichaamsbouw heeft als de Jood, verhouden ze zich tot de Jood als een aap tot een mens." Schene luchoth haberith, p. 250 b
"Als u eet met een niet-Jood, het is hetzelfde als eten met een hond. " Tosapoth, Jebamoth 94b
"Als een Jood een niet-Joodse dienaar of dienstmeid heeft die sterft, moet men geen sympathie voor de Jood betonen. U behoort tegen de Jood te zeggen: "God zal 'uw verlies' vervangen, net zoals een van zijn ossen of ezels zou zijn gestorven"." Jore dea 377, 1
"Geslachtsgemeenschap tussen Ongelovigen is als geslachtsgemeenschap tussen dieren." Talmud Sanhedrin 74b
Met "Ongelovigen" (Engels: 'Gentiles', Hebreeuws: 'Goyim of Goijim) wordt bedoeld: niet-Joden, met name Christtenen en Moslims.
"Het is toegestaan het lichaam en het leven van een Ongelovige te nemen." Sepher ikkarim III c 25
"Het is de wet om iedereen te doden die de Torah ontkent. De Christenen behoren tot de ontkenners van de Torah. " Coschen hamischpat 425 Hagah 425. 5
"Een ketterse Ongelovige mag u met uw eigen handen doden. " Talmud, Abodah Zara, 4b
"Iedere Jood die het bloed verspilt van de goddelozen (niet-Joden), doet hetzelfde als het brengen van een offerande aan God." Talmud: Bammidber raba c 21 & Jalkut 772
Hoe bereidt een Jood zich voor op zijn misdaad?
Als een Jood in de verleiding komt om kwaad te doen moet hij naar een stad gaan waar men hem niet kent en daar het kwaad doen. Moed Kattan 17a .
Een Jood slaan is hetzelfde als God slaan
Als een heiden (Ongelovige) een Jood slaat, moet de Ongelovige worden gedood. Sanhedrin 58b.
Het is in orde. als men niet-Joden bedriegt
Een Jood hoeft geen Ongelovige te betalen voor het loon dat hij hem voor werk schuldig is. Sanhedrin 57a .
Joden hebben superieure wettelijke status
"Als een os van een Israлliet een os van een Kanaдniet verwondt is er geen aansprakelijkheid; maar als een os van een Kanaдniet een os van een Israлliet verwondt... de betaling moet geheel voldaan worden. " Baba Kamma 37b.
Joden mogen stelen van niet-Joden
Als een Jood een voorwerp vindt dat verloren is door een Ongelovige ("heiden") hoeft het niet te worden teruggegeven. (Ook bevestigd in Baba Kamma 113b). Baba Mezia 24a .
God zal niet een Jood sparen die "zijn dochter uithuwelijkt aan een oude man, of de vrouw neemt voor zijn zoontje, of een verloren artikel aan een Ongelovige teruggeeft..." Sanhedrin 76a.
Joden mogen niet-Joden beroven en doden
Als een Jood een Ongelovige vermoordt, zal er geen doodstraf zijn. Wat een Jood steelt van een Ongelovige, mag hij houden. Sanhedrin 57a .
De Ongelovigen zijn buiten de bescherming van de wet en God heeft "hun geld aan Israлl ter beschikking gesteld." Baba Kamma 37b.
Joden mogen liegen tegen niet-Joden
Joden mogen gebruik maken van leugens ("uitvluchten") om een Ongelovige te misleiden. Baba Kamma 113a.
Niet-Joodse kinderen zijn sub-menselijk
Alle kinderen van Ongelovigen zijn dieren. Yebamoth 98a.
Ongelovigen-meisjes zijn in een staat van niddah (vuil, smerigheid) vanaf de geboorte. Abodah Zarah 36b.
Ongelovigen verkiezen seks met koeien. Abodah Zarah 22a-22b .
Beledigingen tegen de Heilige Maria
Ziekelijke en krankzinnige leerstellingen van de Talmoed
Stelt dat Adam geslachtsgemeenschap had met alle dieren in de Tuin van Eden. Yebamoth 63a.
Verklaart dat landbouw de laagste is van alle bezigheden. Yebamoth 63a.
Een Jood mag een drie jaar oud meisje trouwen (specifiek, drie jaar "en een dag" oud). Sanhedrin 55b.
Een Jood mag seks hebben met een kind, zolang als het kind jonger is dan negen jaar oud. Sanhedrin 54b.
"Als een volwassen man geslachtsgemeenschap heeft met een klein meisje, is het niets." Kethuboth 11b.
Een vrouw die geslachtsgemeenschap had met een beest, komt in aanmerking om met een Joodse priester te trouwen. Een vrouw die seks heeft met een demon komt ook in aanmerking om met een Joodse priester te trouwen. Yebamoth 59b.
Stelt dat er geen hoer in de wereld is waar de Talmoed-geleerde Rabbi Eleazar geen seks mee heeft gehad. Abodah Zarah 17a.
Stelt dat geen rabbijn ooit naar de hel kan gaan. Hagigah 27a.
Een rabbijn debatteert met God en verslaat Hem. God geeft toe dat de rabbijn het debat won. Baba Mezia 59b.
Het is verboden voor onden, vrouwen of palmbomen om tussen twee mannen langs te gaan, noch mogen anderen lopen tussen honden, vrouwen of palmbomen. Speciale gevaren zijn erbij betrokken als de vrouwen menstrueren of op een wegkruising zitten. Pesahim 111a.
Een Joodse man is verplicht om elke dag het volgende gebed te zeggen: Dank u, God, dat gij mij geen Ongelovige hebt gemaakt, een vrouw of een slaaf. Menahoth 43b-44a.
Leugens van een Romeinse Holocaust
Hier zijn twee "Holocaust" verhalen uit de Talmoed:
Gittin 57b. Beweert dat vier miljard Joden gedood werden door de Romeinen in de stad Bethar.
Gittin 58a Beweert dat 16 miljoen Joodse kinderen in (boek)rollen werden gewikkeld en levend verbrand werden door de Romeinen.
Oude demografie wijst uit dat zelfs in de gehele wereld er geen 16 miljoen Joden waren in die tijd, laat staan 16 miljoen Joodse kinderen of vier miljard Joden... dat vertelt ons van de leugens van de moderne Joden van deze tijd over die 6 miljoen Joden die door de Nazi's gedood zijn.
Abodah Zarah 70a. De vraag werd gesteld door de rabbijn of wijn die gestolen was in Pumbeditha mocht worden gebruikt of dat die was ontheiligd, vanwege het feit dat de dieven mogelijk Ongelovigen konden zijn (een Ongelovige die wijn aanraakt maakt de wijn daarmee onrein). De rabbijn zegt niet bezorgd te zijn, dat de wijn toegestaan is voor Joods gebruik, omdat de meerderheid van de dieven in Pumbeditha, de plaats waar de wijn werd gestolen, Joden zijn. (Zie ook Gemara Rosh Hashanah 25b).
De Talmoed pleit voor volkenmoord
Kleine Traktaten. Soferim 15, Regel 10. Dit is het gezegde van Rabbi Simon ben Yohai: Tob shebe goyyim harog ("Zelfs de besten van de Ongelovigen moeten allemaal worden gedood").
Deze passage is uit het originele Hebreeuws van de Babylonische Talmoed zoals geciteerd door de Jewish Encyclopedia, van 1907, uitgegeven door Funk en Wagnalls, en samengevat door Isidore Singer, onder de aantekening "Ongelovige," (p. 617).
Deze originele Talmoed passage is verborgen in vertaling. De Joodse Encyclopedie stelt dat, "...in de verschillende versies de lezing is veranderd, 'De besten onder de Egyptenaren' wordt over het algemeen vervangen." In de Soncino versie: "de besten van de heidenen" (Kleine Traktaten, Soferim 41a-b].
Israлliлrs nemen jaarlijks deel aan een nationale pelgrimstocht naar het graf van Simon ben Yohai, om deze rabbijn te eren die gepleit heeft voor de uitroeiing van niet-Joden.(Joodse Pers,9 juni 1989, pag. 56B).
Op Poerim, 25 febr. 1954, heeft de Israлlische legerofficier Baruch Goldstein 40 Palestijnse burgers afgeslacht, inclusief kinderen, terwijl ze in gebed neergeknield zaten in een moskee. Goldstein was een discipel van wijlen Rabbi Meir Kahane uit Brooklyn, die CBS-News vertelde dat zijn leerstelling dat Arabieren "honden" zijn, is afgeleid "van de Talmoed" (CBS 60 Minutes, "Kahane"). Er is in Israлl een cultus rond Goldstein wiens graf jaarlijks als een pelgrimsoord duizenden bezoekers telt.
Prof. Ehud Sprinzak van de Universiteit van Jeruzalem beschreef Kahane en Goldstein's filosofie: "Ze geloven dan het Gods wil is dat ze geweld plegen tegen goyim, een Hebreeuwse term voor niet-Joden." (NY Daily News, Feb. 26, 1994, p. 5).
Rabbi Yitzhak Ginsburg verklaarde: "Wij moeten erkennen dat Joods bloed en het bloed van een goy niet hetzelfde zijn." (New York Times,6 juni 1989, pag.5).
Rabbi Yaacov Perrin zei: "Een miljoen Arabieren zijn minder waard dan een vingernagel van een Jood." (New York Daily News, 28 februari 1994, pag.6).
Moses Maimonides: Voorspreker van Uitroeiing
Moses Maimonides "Moses Maimonides wordt beschouwd als de belangrijkste die de Joodse leer in een systeem onderbracht, en grootste filosoof in de Joodse geschiedenis. Hij wordt vaak liefkozend aangeduid als de Rambam, naar de initialen van zijn naam en titel, Rabenu Moshe Ben Maimon, "Onze Rabbi, Mozes' zoon van Maimon." [Maimonides' Grondbeginselen, uitgegeven door Aryeh Kaplan, Vereniging van Orthodoxe Joodse Congregaties van Amerika, pag. 3].
Hier is wat (Rambam) onderwees betreffende het redden van mensenlevens, speciaal betreffende het redden van levens van Ongelovigen en Christenen, of zelfs Joden die het waagden de "goddelijke inspiratie" van de Talmud af te wijzen:
Maimonides, Mishnah Torah, (Moznaim Uitgeversmaatschappij, Brooklyn, New York, 1990, Hoofdstuk 10, Engelse vertaling), pag. 184: "Dienovereenkomstig, als we zien dat een afgodendienaar (Ongelovige) wordt meegesleurd of verdrinkt in de rivier, moeten we hem niet helpen. Als wij zien dat zijn leven in gevaar is, moeten we hem niet redden." De Hebreeuwse tekst van de Feldheim 1981-uitgave van de Mishnah Torah stelt dat dit goed is.
Onmiddellijk na Maimonides' vermaning dat het een plicht is voor Joden niet een Ongelovige te redden die verdrinkt of om het leven komt, hij informeert ons over de Talmoedische plicht van Joden tegenover Goyim (Ongelovigen), en ook tegenover Joden die de Talmoed afwijzen.Maimonides, Mishnah Torah, (Hoofdstuk 10), p. 184:
"Het is een mitzvah [religieuze plicht], echter, om Joodse verraders minnim en apikorsim uit te roeien, en hen te laten afdalen in de put van vernietiging, daar zij moeilijkheden veroorzaken voor Joden en de mensen van God wegslingeren, zoals Jezus van Nazareth en zijn leerlingen, en Tzadok, Baithos, en hun leerlingen. Moge de namen van de verdorvenen rotten."
Maimonides zegt ook, dat niet Joden slechts zo lang getolereerd zullen worden zo lang deze meer macht hebben.
"Wanneer de joden meer macht krijgen, zal het verboden zijn om de aanbidders van afgoden onder ons te hebben.
Maimonides zegt onder andere dat alle niet Joodse volkeren (naties) "die niet onder onze jurisdictie vallen (tahaht yadeinu) een doel zullen ijn voor Joodes heilige oorlog. bron: Cf. Hilkhot Melakhim 8:9-10; 10:11. En cf. Gerald J. Blidstein, 'Holy War in Maimonidean Law', in Perspectives on Maimonides (Oxford, England: Oxford Univ. Press, 1991)










#6
Deze week heeft Algerije overheid (na een tip van een Algerije burger uit Frankrijk) een groep joden opgepakt. Deze groep smokkelt archeologische vondsten uit Algerije naar Europa (m.n. Italië ) en Israël, aldus Alzazeera.
Het is ook algemeen bekend dat afgelopen eeuw veel archeologische vondsten uit Marokko en de rest van Tamazgha zijn gesmokkeld. De overheden van Noord Afrikaanse landen doen weinig om deze soort smokkel tegen te houden. Zij doen ook weinig om de gestolen vondsten die o.a. in Europa bekend zijn terug te eisen.

Wat voor belang hebben Europeaanse landen en Israël aan deze soort vondsten?
Waarom doen de Noord Afrikaanse landen hier niet tegen?
Waarom komen de Amazigh organisaties niet voor hen erfenis op?

#7
De gazelle en de leeuw→ Mythe en geschiedenis van Israël

Als Israël een normale verhouding met zijn buurvolken wil ontwikkelen, dan moeten de Joden het verschil erkennen tussen religie en natie, tussen diaspora en staat.

DOOR Uri Avnery

TEL AVIV â€" Elk jaar opnieuw verwonder ik me over de Seideravond, de unieke ceremonie die joden overal ter wereld ter gelegenheid van het joodse Paasfeest verenigt in de Joodse mythe van de Exodus uit Egypte. Seider verenigt de hele familie, en iedereen heeft er een rol in, van de eerbiedwaardige grootvader tot het kleinste kind. Het beroert alle zintuigen â€" zicht, gehoor, reuk, tast, smaak. De simplistische teksten van de Hagaddah, het boek dat hardop wordt voorgelezen; het symbolische eten, de vier glazen wijn, het samen zingen, de nauwkeurige herhaling van alle delen van het jaar â€" al die dingen laten bij kinderen een onuitwisbare herinnering na, die ze tot hun dood met zich zullen dragen, of ze gelovig zijn of niet. De warmte en geborgenheid van de grote familie rond de Seidertafel zal ze altijd bijblijven, en op hoge leeftijd zullen ze er met weemoed aan terugdenken. Een cynicus zou zeggen: een schoolvoorbeeld van hersenspoelen.

Als je de kracht van deze mythe ziet, maakt het dan wat uit dat de Exodus uit Egypte nooit werkelijk heeft plaatsgevonden? Duizenden Egyptische documenten die de laatste jaren werden ontcijferd laten er geen twijfel over bestaan: de exodus van grote massa’s mensen, zoals beschreven in de Bijbel, of iets wat er ook maar enigszins op lijkt, is simpelweg nooit gebeurd. Deze documenten, die elke periode en elk deel van Kanaän in die tijd tot in het kleinste detail beslaan, bewijzen zonder twijfel dat er geen Verovering van Kanaän was, en geen Koninkrijk van David en Salomo. Honderd jaar lang hebben zionistische archeologen zich uitgeput in pogingen om een enkel stukje bewijs te vinden dat het bijbelverhaal ondersteunt â€" alles vergeefs.

Maar dat is volledig onbelangrijk. In de strijd tussen mythe en ‘objectieve’ geschiedenis wint de mythe die het best bij onze behoefte past altijd, met afstand. Wat er wás, is niet belangrijk; wat onze verbeelding aanvuurt, dát is belangrijk, en dat bepaalt onze koers tot op de dag van vandaag.

(Een persoonlijke noot: ik ben geen historicus, maar al vele jaren verdiep ik me in de geschiedenis van Israël en probeer daar logische conclusies uit te trekken â€" zoals in dit stuk. Veel van die conclusies worden ondersteund door de groeiende consensus onder onafhankelijke wetenschappers over de hele wereld.)

Het bijbelverhaal sluit pas aan op gedocumenteerde geschiedenis rond het jaar 853 voor Christus als tienduizend soldaten en tweeduizend strijdwagens van Ahab, koning van Israël, deelnemen in een grote coalitie van de koninkrijken van Syrië en Palestina tegen Assyrië. De veldslag, die door de Assyriërs werd beschreven, vond plaats bij Qarqar, in Syrië. Het Assyrische leger werd tegengehouden, misschien wel verslagen.

De koninkrijken van Israël en Judea, die een deel van het land tussen de Middellandse Zee en de Jordaan besloegen, verschilden niet van de andere koninkrijken in de regio. Jeruzalem was een minuscuul marktplaatsje, veel te klein en veel te arm voor alle dingen die er volgens de beschrijving in de Bijbel in die tijd plaatsgevonden moeten hebben. In de boeken van de Bijbel die over die periode gaan komt de term ‘Jood’ (in het Hebreeuws: Yehudi) bijna niet voor, en waar hij wél voorkomt verwijst hij simpelweg naar een inwoner van Judea, de streek rond Jeruzalem. Als een Assyrische generaal wordt gevraagd: ‘Spreek met ons niet in het Joods’ (2 Koningen 18:26), dan wordt daarmee het plaatselijke Judeaanse dialect van het Hebreeuws bedoeld. (We gebruiken een hoofdletter voor lid van het Joodse volk, kleine letter voor aanhanger van de joodse religie â€" red.)

De ‘Joodse’ revolutie vond plaats in de Babylonische ballingschap (587-539 voor Christus). Na de verovering van Jeruzalem door de Babyloniërs werden leden van de Judeaanse elite in ballingschap naar Babylon gebracht, waar ze in contact kwamen met de grote culturele stromingen van die tijd. Het resultaat was een van de grote scheppingen van de mens: de joodse religie. Na vijftig jaar keerden sommige van de ballingen terug naar Palestina. Zij introduceerden de term ‘joden’, als de benaming van een religieus-ideologisch-politieke beweging, vergelijkbaar met de ‘zionisten’ van onze tijd. Alleen vanaf dat moment kun je spreken van ‘jodendom’ en ‘joden’ zoals wij dat nu begrijpen. In de daarop volgende vijfhonderd jaar kristalliseerde de joodse religie zich geleidelijk uit. In die periode werd ook de meest uitzonderlijke literaire creatie aller tijden samengesteld, de Hebreeuwse Bijbel. De auteurs daarvan hadden niet de bedoeling een ‘geschiedenis’ te schrijven, maar eerder een religieuze, onderwijzende en vormende tekst.

Om de geboorte en ontwikkeling van het jodendom goed te begrijpen moeten twee belangrijke feiten onder ogen worden gezien.

1. Van meet af aan, vanaf het moment waarop de ‘Joden’ uit Babylon terugkeerden, was de Joodse gemeenschap in Palestina een minderheid te midden van de ‘Joden’ in het algemeen. In de hele periode van de Tweede Tempel (516 voor Christus tot 70 na Christus) woonde het merendeel van de Joden elders, in gebieden die we nu kennen als Irak, Egypte, Libië, Syrië, Cyprus, Italië, Spanje et cetera. De Joden uit die periode waren geen ‘natie’ â€" dat hele concept bestond nog niet. De Joden in Palestina namen niet deel aan de opstanden van de Joden tegen de Romeinen in Libië en Cyprus. De Joden buiten Palestina hadden geen deel in de Grote Opstand van de Joden in dat land. De Maccabeeën waren geen nationalistische strijders, maar religieuze, ongeveer als de Taliban tegenwoordig. Ze doodden veel meer ‘gehelleniseerde’ Joden dan vijandelijke soldaten.

2. De joodse diaspora was geen uniek verschijnsel. Integendeel: in die tijd was het de norm. Ideeën als ‘natie’ horen tot de moderne wereld; in de tijd van de Tweede Tempel en daarna was het dominante sociaal-politieke patroon dat van de religieus-politieke gemeenschap, die zichzelf mocht besturen, en die niet aan een specifiek gebied gebonden was. Een jood in Alexandrië kon trouwen met een joodse vrouw uit Damascus, maar niet met een christelijke vrouw bij hem in de straat. Die vrouw, op haar beurt, kon trouwen met een christelijke man in Rome, maar niet met haar hellenistische buurman. De joodse diaspora was één van vele vergelijkbare gemeenschappen.

Dit sociale patroon bleef in het Byzantijnse Rijk bestaan, werd later overgenomen door het Ottomaanse Rijk en heeft zijn sporen nagelaten in de huidige Israëlische wet. Vandaag de dag kan een islamitische Israëliër niet trouwen met een joodse Israëliër, een druus kan niet trouwen met een christen â€" althans niet in Israël zelf. De druzen overigens zijn een voorbeeld van zo’n diaspora, die nog altijd bestaat.

De joden waren maar in één opzicht uniek: toen de Europese volkeren geleidelijk overgingen op nieuwe organisatievormen en uiteindelijk veranderden in ‘naties’, bleven zij wat zij waren: een diaspora met een gedeelde religie. Het raadsel dat historici al lang bezighoudt is: hoe veranderde een kleine gemeenschap van Babylonische ballingen in een wereldwijde diaspora die miljoenen omvatte? Daar is maar één overtuigend antwoord op: bekering.

De moderne Joodse mythe zegt dat bijna alle Joden afstammen van de Joodse gemeenschap die tweeduizend jaar geleden in Palestina leefde en werd verdreven door de Romeinen in 70 na Christus. Dat is, natuurlijk, nergens op gebaseerd. De ‘Verdrijving uit het Land’ is een religieuze mythe: God was boos op de joden vanwege hun zonden, en verbande ze uit Zijn land. Maar de Romeinen waren helemaal niet gewend om grote groepen van de bevolking te verplaatsen, en er is sterk bewijs dat het merendeel van de Joodse bevolking na de Opstand van de Zeloten en na de Bar-Kochba-opstand in het land bleef. Bovendien woonden de meeste Joden lang daarvoor al buiten Palestina.

Ten tijde van de Tweede Tempel en daarna was het jodendom een geloof met een uitzonderlijk hevige bekeringsdrift. In de eerste eeuwen na Christus concurreerde het fel met het christendom. Slaven en andere verworpenen der aarde in het Romeinse Rijk voelden zich meer tot het christendom aangetrokken, met zijn ontroerende menselijke verhaal; de hogere klassen neigden meer naar het jodendom. In het hele rijk namen grote aantallen burgers de joodse religie aan.
Bijzonder raadselachtig is de oorsprong van de Asjkenazische Joden. Tegen het eind van het eerste millennium verschijnt er in Europa â€" ogenschijnlijk uit het niets â€" een zeer grote Joodse populatie, waarvan het bestaan niet eerder was gedocumenteerd. Waar kwamen zij vandaan? Daar zijn verschillende theorieën over. De meest gangbare stelt dat de Joden uit het Middellandse-Zeegebied naar het noorden migreerden, zich vestigden in de Rijnvallei, en de pogroms daar ontvluchtten naar Polen â€" toen het meest liberale land in Europa. Van daaruit verspreidden zij zich naar Rusland en Oekraïne en namen een Duits dialect mee, dat het Jiddisch werd.

Paul Wexler, wetenschapper aan de universiteit van Tel Aviv stelt echter dat het Jiddisch in oorsprong geen Germaanse taal is maar een Slavische. Een groot deel van de Asjkenazische Joden stamt volgens zijn theorie af van de Sorben, een Slavisch volk dat in oostelijk Duitsland leefde en gedwongen werd zijn oude heidense geloof af te zweren. Velen van hen werden liever joods dan christen.

In een recent boek met de provocerende titel When and How the Jewish People Was Invented voert de Israëlische historicus Schlomo Sand (net als Arthur Koestler en anderen voor hem) aan dat de meeste Asjkenazische Joden in werkelijkheid afstammen van de Khazaren, een Turks volk dat meer dan duizend jaar geleden een groot rijk bestierde in wat nu Zuid-Rusland is. De koning der Khazaren bekeerde zich tot het jodendom, en volgens Sands theorie zijn de Joden van Oost-Europa in hoofdzaak afstammelingen van Khazaarse bekeerlingen. Sand gelooft ook dat de meeste Sefardische Joden afstammen van Arabische en Berberstammen in Noord-Afrika, die zich liever tot het jodendom bekeerden dan tot de islam, en die deelnamen aan de verovering van Spanje door de moslims. Toen het jodendom afzag van het proselitisme, het bekeren van niet-joden, werden de joden een gesloten, etnisch-religieuze gemeenschap.

Maar de historische waarheid, hoe die ook is, is niet zo belangrijk. Mythe is sterker dan waarheid, en de mythe zegt dat de Joden uit hun land werden verdreven. Het is een essentieel element van het moderne Joodse bewustzijn, en geen academisch onderzoek krijgt het aan het wankelen.

In de laatste driehonderd jaar werd Europa ‘nationaal’. De moderne natiestaat verving oudere sociale patronen, zoals de stadsstaat, de feodale maatschappij en het dynastieke koninkrijk. Het nationale idee omvatte alles, inclusief de geschiedenis. Al deze nieuwe naties vormden voor zichzelf een ‘verbeelde geschiedenis’. Anders gezegd: elke natie herschikte oude mythen en historische feiten om zo een ‘nationale geschiedenis’ te vormen, die zichzelf als essentieel presenteerde, en diende als een alles verbindende lijm.

De joodse diaspora die â€" zoals eerder gezegd â€" tweeduizend jaar geleden ‘normaal’ was, werd ‘abnormaal’ en uitzonderlijk. Dat versterkte de Jodenhaat, die toch al wijdverbreid was in christelijk Europa. Aangezien alle nationale bewegingen in Europa min of meer antisemitisch waren, voelden veel joden dat zij werden buitengesloten, dat zij in het nieuwe Europa geen plaats hadden. Sommige van hen besloten dat de joden zich dienden te conformeren aan de nieuwe Zeitgeist en de joodse gemeenschap moesten omvormen tot een Joodse Natie.

Daarvoor was het nodig dat de Joodse geschiedenis werd hervormd en heruitgevonden, en veranderd van de annalen van een religieus-etnische diaspora in het epische verhaal van een ‘natie’. Die klus werd uitgevoerd door Heinrich Graetz, een Duitse Jood die sterk beïnvloed was door Duits nationalisme. Hij creëerde een ‘nationale’ Joodse geschiedenis, en kan daardoor worden gezien als de peetvader van het zionistische idee. Zijn concepten geven vorm aan het Joodse bewustzijn tot op de dag van vandaag.

Graetz nam de Bijbel als een historisch boek; hij voegde alle mythen bij elkaar en schiep een compleet, ononderbroken verhaal: het tijdperk van de Vaderen, de Exodus uit Egypte, de Verovering van Kanaän, de Eerste Tempel, de Babylonische ballingschap, de Tweede Tempel, de Verwoesting van de Tempel en de verbanning. Dat is de geschiedenis die wij allemaal op school geleerd hebben, het fundament waarop het zionisme werd gebouwd.

De zionistische ideologie veranderde de Joodse gemeenschap in een Joods volk, en het Joodse volk in een Joodse natie, zonder duidelijk de verschillen daartussen te definiëren. Om de religieus ingestelde joodse massa’s in Oost-Europa voor zich te winnen, maakten de zionisten een compromis met religie en mengden alles tot één grote cocktail: de religie is ook een natie, en de natie is ook een religie. Daaruit volgde de vaststelling, later, dat Israël een ‘Joodse staat’ is, eigendom van haar (Joodse?) inwoners, maar ook van ‘het Joodse volk’ over de hele wereld. De officiële Israëlische doctrine is dat Israël ‘de Joodse Natie-Staat’ is, maar de Israëlische wet definieert een ‘jood’ zeer nauw als een persoon die tot de joodse religie hoort.

Theodor Herzl en zijn opvolgers waren niet moedig genoeg om te doen wat Mustafa Kemal Atatürk wel deed toen hij het moderne Turkije grondvestte: hij stelde een duidelijke en scherpe grens tussen de Turkse natie en de islamitische religie, en stelde een volstrekte scheiding tussen de twee in. In Israël bleef alles één grote gemengde salade, met allerlei complicaties. Bijvoorbeeld: als Israël de staat is van ‘het Joodse volk’, zoals een van zijn wetten stelt, wat zal een Israëlische Jood dan ervan weerhouden om zich te voegen bij de Joodse gemeenschap in Californië of Australië? Het zal niemand verbazen dat er bijna geen leider in Israël is van wie de kinderen niet zijn geëmigreerd.



Waarom is het zo belangrijk om onderscheid te maken tussen de Israëlische natie ende joodse diaspora? Een van de redenen is dat een natie een andere houding aanneemt ten opzichte van zichzelf en andere naties dan een religieus-etnische diaspora.

Dieren hebben verschillende manieren om op gevaar te reageren. Een gazelle vlucht als er gevaar dreigt, en de natuur heeft de gazelle daarvoor uitgerust met de noodzakelijke instincten en fysieke eigenschappen. Een leeuw daarentegen blijft waar hij is en verdedigt zijn territorium tegen indringers. Beide methoden zijn succesvol, anders zouden er geen gazellen en leeuwen meer bestaan.

De joodse diaspora ontwikkelde een efficiënte respons: als joden gevaar voelden, vluchtten ze en verspreidden zich. Daardoor was de joodse diaspora in staat ontelbare vervolgingen te overleven, inclusief de holocaust. Toen de zionisten besloten een ‘natie’ te worden â€" en daadwerkelijk een land creëerden â€" namen zij de ‘nationale’ respons over: verdediging van zichzelf, en bronnen van gevaar aanvallen. Je kunt dus niet tegelijk diaspora en natie zijn, gazelle en leeuw.

Als wij, de Israëliërs, onze natie veilig willen stellen, moeten we ons bevrijden van de mythen die horen bij een andere vorm van bestaan en onze nationale geschiedenis herdefiniëren.

Het verhaal van de Exodus uit Egypte is prima als mythe en als allegorie â€" het wijst op het belang van vrijheid â€" maar als wij in de regio waarin wij leven onze plaats willen vinden en een normale verhouding met onze buurvolken willen ontwikkelen, dan moeten we het verschil erkennen tussen mythe en geschiedenis, tussen religie en natie, tussen diaspora en staat.

© Uri Avnery / De Groene Amsterdammer

#9
In de media / Jan Jaap de Ruiter
03/12/2007 om 14:22:39
dr. Jan Jaap de Ruiter
Tekst uitgesproken door dr. Jan Jaap de Ruiter (Universiteit van Tilburg) ter gelegenheid van de Marokkoweek in Haarlem (november 2007)

Berbers en Berbercultuur roepen in mij altijd tegengestelde gevoelens op. Enerzijds zijn dat gevoelens van warmte en sympathie, anderzijds zijn dat gevoelens van onbehagen en irritatie. Ik zal jullie uitleggen waarom.

In 1980 was het dat ik mijn eerste voet op Marokkaanse bodem zette in Tanger nadat ik de zeereis vanuit Algeciras ondernomen had. Nadien ben ik nog talloze malen in Marokko geweest, ik ben de tel kwijt geraakt, en helaas is het zo dat door ziekte en een zwakke gezondheid het al weer jaren geleden is dat ik voor het laatst in Marokko was. En wat is het land de laatste jaren veranderd! Maak ik de vergelijking met de jaren ’80 en ook ’90, dan zie je dat je vandaag de dag het woord Amazigh of het meervoud Imazighen zonder enig probleem kan uitspreken. Ik weet nog wel dat er een tijd was dat het gebruik van dat woord tijdens congressen en contacten met studenten en docenten not done was. Je paste er wel voor op het te gebruiken want het leverde angst en wantrouwen op en het werd in je dossier genoteerd. En kijk dan nu eens, het land loopt over van het Amazigh en de Imazighen roeren zich in het noorden, het midden en zuiden van het koningkrijk en met name in het centrum waar in een sjieke buitenwijk van Rabat het IRCAM staat, het Institut Royal de la Culture Amazighe. Fantastisch, eindelijk erkenning voor de Amazighidentiteit van het land en zijn bevolking en wat nog belangrijker is, de invoering en verspreiding van de Amazightaal en â€"cultuur in het land, met name in het onderwijs.

Het Amazigh heeft zijn eigen alfabet gekregen, het Tifinagh, en de jeugd heeft de mogelijkheid deze taal op school te leren en daarbuiten in woord en geschrift te gebruiken. De Imazighen staan voor fantastische uitdagingen in hun eigen land. Zo kijk ik er als buitenstaander tegenaan. Maar wat gebeurt er in het land? Zijn alle Imazighen blij met deze ontwikkelingen? Werken ze in het noorden, het midden en het zuiden enthousiast mee aan de verspreiding van de nieuwe taal en cultuur in het land? Verre van dat, dames en heren. Ik stel tot mijn grote spijt vast dat het ruzie en conflict alom is. Wat hoor ik? Luitser en huiver mee: “Het IRCAM is een instrument in de hand van de alom aanwezige en machtige vorst.” “De keuze voor het Tifinagh is de dood in de pot voor het Amazigh. Welk land leert kinderen nu drie alfabetten aan op school? Dat kunnen die arme kindertjes toch niet aan?” “En waarom ontwikkelt het IRCAM een soort van superAmazigh dat de dialecten overstijgt? Zo krijg je een taal die niemand meer begrijpt en dus is het IRCAM en de Amazighpolitiek van de doorluchtige vorst niet anders dan de doodsteek in de rug van de Imazighen.” En dan heb ik het nog niet gehad over wat je hoort over de interne meningsverschillen tussen de Imazighen van het Rif, de Atlas en de Sousse. Het is een droevige toestand. Iedereen heeft, zo schijnt het, ruzie met iedereen, en terecht zei Ahmed Boukouss, thans directeur van het IRCAM, twee jaar geleden op een belangrijk Berbercongres in Barcelona toen hij veel kritiek te verwerken kreeg van een aantal jonge Imazighen: :”Jullie hebben de années de plomb, de jaren van lood, niet meegemaakt.” Ofwel: wees blij met de verkregen vrijheid, al is die dan politiek geïnspireerd en gemotiveerd. Grijp je kansen nu het nog kan.”

Het bizarre is dat je dezelfde houdingen en meningen hier in Nederland tegenkomt. De Imazighen vormen op zijn minst 50% van de Marokkaanse bevolking. Dat zijn dan minstens 175.000 mensen en ze genieten een ongebreidelde vrijheid en mogelijkheden zich te ontplooien en dat doen ze dan ook. Maar ook hier zien we dezelfde mechanismen van wantrouwen en jaloezie. Laat ik twee voorbeelden geven van werk dat ikzelf voor het Amazigh gedaan heb. Aan het einde van de vorige eeuw hebben we in het kader van een Europees project, Comenius genaamd, materialen Amazigh ontwikkeld voor het OETC in de diverse Europese landen. Het project was een uniek initiatief tussen diverse Europese landen en heeft ook daadwerkelijk geresulteerd in lesmaterialen (bij mij nog te bestellen). Veel later, in 2004, werd door uitgeverij Bulaaq (www.bulaaq.nl) het initiatief genomen om te komen tot een vertaling van het werk van Mohammed Sjafiek over de geschiedenis van de Imazighen. Abderrahman el Aissati en ikzelf hebben de redactie over deze vertaling gevoerd en er een hoofdstuk met de recente ontwikkelingen aan toegevoegd omdat het boek van Sjafiek de Amazigh geschiedenis slechts tot het begin van de jaren ’70 behandelde. Wat denken jullie? Veel emails en telefoontjes met kritiek! “Waarom Amazigh in het Latijn geschreven?” “Waarom geen lesmaterialen voor het SousseAmazigh.” (we hadden geopteerd voor het Rifamazigh omdat de meeste Marokkanen in Europa Rifi’s zijn) Later bij de vertaling van het boek van Sjafiek was de kritiek dat we te weinig aandacht aan het Sousse Amazigh besteed hadden en werden we zelfs met een juridische procedure bedreigd. Nu vind ik kritiek goed, graag zelf, maar kritiek leveren in de zin van waarom hebben jullie dat en dat niet gedaan, is makkelijk. Lever kritiek op mijn werk, op de kwaliteit ervan maar ga mij niet vertellen wat ik wel of niet had moeten doen. Doe het trouwens dan zelf, als je het beter weet. Ik had dat de betreffende Amazigh vereniging die veel kritiek op mijn werk had ook gezegd: “Goed, dan gaan we samen iets doen, iets opzetten.” Nooit meer wat van gehoord…..

Mijn analyse van de situatie, dames en heren is, dat de Imazighen trotse mensen zijn. Trots op hun taal en trots op hun cultuur. En terecht. Want het zijn mooie talen en culturen. Maar tegelijkertijd lijken ze niet in staat over die trots heen te kijken. Over hun eigen beperkte grenzen. Hun bezwaren opzij te zetten en te kijken waar en hoe ze met elkaar kunnen samenwerken om tot iets moois te komen. We zien in Nederland talloze Imazighen die individueel gesproken tot fantastische prestaties komen. De popster Ali B, cabaretier Najib Amhali, voetballers Afellay en Aissati, kamerlid Azough, schrijver Benali, dichter Stitou, schrijver Khalid Boudou. De films Shouf Shouf Habibi en het Schnitzelparadijs, beide zeer Amazigh geïnspireerd en bepaald, mode-ontwerper Bekkaoui en zo kan ik nog wel even doorgaan. Het is ronduit fantastisch wat deze artiesten, sportmensen en politici voor elkaar krijgen en hoe zij de Nederlandse cultuur een nieuwe dimensie verlenen. Alle lof daartoe. Maar mag ik dan nu ook eens eindelijk wat kritiek leveren? Waarom slaan de Imazighen de handen niet ineen en komen ze bijvoorbeeld met een landelijke Imazighenorganistie die als spreekbuis kan fungeren bij belangrijke of dramatische gebeurtenissen zoals we die in het verleden gezien hebben. Dat niet weer de politiek en het nieuws van de dag gekaapt worden door de baardmannen van de islamitische organisaties. Alsof alleen zij iets te melden hebben en de juiste autoriteit zijn om commentaar te leveren en adviezen te geven. Het wordt tijd dat de Imazighen zich gaan organiseren in dit land. Talent genoeg, woorden genoeg, contacten genoeg. Nu nog zorgen dat ze zichtbaar worden op het nationale niveau. Dat de voorman of â€"vrouw van de Imazighen naast Balkenende staat als er iets gebeurd is in dit land. Een banier voor een schitterende cultuur en een bastion tegen het oprukkende islamitische fundamentalisme.

Jan Jaap de Ruiter, 16 november 2007


#10
Cultuur / Waarom ontkennen ze...
06/11/2007 om 12:56:49
Er zijn tijden geweest dat de moslimsbeschaving dominant was. Hun kennis hadden o.a. te danken aan de kennis van oude beschavingen die ze toen bewaart, gebruikt en volop ontwikkelt.
Via o.a. Portugal en Spanje (waar moslims eeuwenlang hebben geleefd) heeft dat kennis later vele andere Europeaanse landen bereikt. Inquisitie, kruistochten en het kolonialisme hebben dat proces versneld: Na de val van Morense rijk hebben moriscus- en joodse geleerden/ ambachten de kennis van islamitische beschaving aan de rest van de christelijke Europeanen overgedragen waardoor de renaissance is ontwikkeld.
Jammer dat de huidige Europeanen het bovengenoemde proces ontkennen, terwijl de sporen van dat proces nog steeds in hun talen zijn te vinden. Voorbeeld hiervan is de volgende vreemde woorden die in Nederlandse taal zijn te vinden, te weten:
alchimie, alcohol, alkali, almanak, aniline, arak, azuur, baldakijn, café, damast, karaf, katoen, matras, saffraan, spinazie, café en suiker.
Hetzelfde geldt voor handelstermen als bazaar, magazijn en tarief of voor woorden met betrekking tot de zeevaar als admiraal, arsenaal, bark, fregat, korvet en sloep.
Veel belangrijk nog dan deze woorden en de cijfers (inclusief het begrip nul) die zijn overnamen, zijn de bijdragen die moslims op het terrein van wetenschap, kunst, literatuur, filosofie en theologie hebben geleverd. De moslims wiskunde was van groot belang voor de algebra, de rekenkunde en de trigonometrie.
Ditzelfde geldt voor de orkestratie. Verder vormde het Compendium de geneeskunde van de geneesheer en filosoof ibn Sina, eeuwenlang het belangrijkste handboek voor medische wetenschap in het westen.
Andere islamitische geleerden en filosofen als al-Farabi, al-Biroeni, al.Ghazzali en ibn Khaldoen dwingen nu nog steeds bewondering af. Dit is ook toe te passen op de grote islamitische dichter en wis- en sterrenkundige Omar Khajjam, die onder meer de vermaakte Roeba`íjat een verzameling van te dele mystiek, religieuze……enz.

Stelling:
De Nederlandse samenleving is al eeuwen lang door de islamitische beschaving beïnvloed? Balkenende moet gewoon toegeven dat de islamitische beschaving ook een belangrijke rol in het ontwikkelen van de Nederlandse beschaving gespeeld.
#11
Toeristische scootertour door Amsterdam-West

Gepubliceerd: 25 oktober 2007 12:07 | Gewijzigd: 25 oktober 2007 12:07

Door onze Amsterdamse redactie


De Mondriaanwijk in Amsterdam-West.
(Foto Bram Budel)

Amsterdam, 25 okt. Wie graag eens een echte moskee wil zien, een badhuis of een winkel met oosterse waren en Marokkaanse hangjongeren, kan binnenkort een rondleiding door Amsterdam-West boeken. Het is de bedoeling dat Marokkaanse jongeren per scooter de geïnteresseerden langs de bezienswaardigheden leiden. Slot van het „middagvullend” programma is een bezoekje aan een Marokkaanse familie voor een kopje thee.

Het bedrijf Aemstel Produkties maakte gisteren bekend dat zij deze uitstapjes gaan organiseren.

Volgens eigenaar Raoull Serrée had hij het idee al langer, maar is er door de recente incidenten in Amsterdam-West extra belangstelling voor. „Mensen zien het nieuws op televisie en zijn dan toch benieuwd hoe het er in Amsterdam-West aan toe gaat.” De komende week gaat hij gidsen werven onder Marokkaanse jongeren. Dat is volgens hem geen probleem. „Ze verdienen er goed geld mee. En ze kunnen ook hun eigen verhaal kwijt.” Een Marokkaans gezin vinden dat de mensen thuis ontvangt, is volgens hem ook niet moeilijk. „Er zijn genoeg Marokkanen die willen laten zien dat er niet alleen maar problemen zijn.”

Verschillende cameraploegen werden de afgelopen weken met stenen bekogeld toen zij in het stadsdeel Slotervaart hangjongeren benaderden. Serrée is niet bang dat zijn rondleiding gevaarlijk zal zijn. Er zijn ook genoeg rustige plekken in West, weet hij, omdat hij er vaak doorheen rijdt.

Het bedrijf organiseert onder meer al rondleidingen op de wallen, door de buurt waar Johan Cruijff opgroeide en langs huizen van bekende Nederlanders in Amsterdam-Zuid.

http://www.nrc.nl/binnenland/articl...br /> rdam-West
#12
Politie Madrid pakt krottenwijken aan
Uitgegeven op donderdag 18 oktober 2007 om 16:04:53   


(Novum/AP) - De Spaanse politie is donderdag slaags geraakt met immigranten tijdens een actie om de krottenwijk Cañada Real Galiana neer te halen. In de krottenwijk even buiten Madrid hebben zich dertigduizend mensen gevestigd, voornamelijk Roemenen en Marokkanen. Zes agenten en twee Marokkanen raakten licht gewond bij schermutselingen die bijna een uur duurden, meldde de politie. De immigranten bekogelden de politie met gasflessen en stenen, werd op de radio gezegd.
Volgens de huisvestingsafdeling van de gemeente Madrid handelde de politie op grond van een gerechtelijk bevel om meerdere van dit soort nederzettingen, die zich voornamelijk ten noorden van de Spaanse hoofdstad bevinden, van de kaart te vegen. De stad probeert de bewoners van deze illegale krottenwijken al jaren elders onder te brengen.
[Copyright 2007, Novum]
http://buitenland.nieuws.nl/483352/Politie_Madrid_pakt_krottenwijken_aan

#13

16 Septembr 2007

HOE EEN ALLOCHTOON ZICH BEROEMD MAAKT

Jouw geblaat overstemt alle kritiek. Het recept om het als allochtoon ver te brengen in Nederland is je groep publiekelijk te kijk zetten en ervoor zorgen dat een malloot je bedreigt. Dan is je kostje gekocht en staan de kranten en tv-camera's om je te dringen.

De meeste allochtonen in dit land zitten op een goudmijn en hebben daar geen flauw benul van. Ook met een minimale kennis van het Nederlands kan iedere allochtoon beroemd worden; het geld ligt voor het oprapen. Het enige wat je daarvoor moet doen, is profiteren van de huidige fascinatie voor zogenaamde klokkenluiders, radicaal breken met je eigen allochtone groep en de gangbare meningen over allochtonen en hun religie en cultuur in dit land nablaten.

Dit ligt allemaal binnen handbereik. Dat de meeste allochtonen dit toch niet doen duidt ofwel op druk vanuit de eigen groep ofwel op morele principes die de meeste mensen niet achter allochtonen gezocht hadden. Dat een paar allochtonen deze stappen wel zetten bewijst niet zozeer dat ze slim zijn, als wel dat ze bereid zijn ver te gaan. Je moet beginnen radicaal te breken met je eigen groep en de negatieve meningen over allochtonen die gemeengoed zijn overnemen.

Stel dat je uit Afrika komt. Dan kun je beginnen met een artikel waarin staat dat je nooit een bonafide Afrikaanse asielzoeker bent tegengekomen: het zijn allemaal leugenaars die profiteren van de sociale voorzieningen en het ziekenfonds. Ze zijn allemaal aartslui en werkschuw en binnen een paar jaar hebben ze acht kinderen. Ze spreken bijna geen van allen de taal en hun kinderen halen het niveau van onze scholen naar beneden.

Daar moet nog een stukje achteraan om duidelijk te maken hoe verbaasd je was toen je hier kwam over Nederlands bekommernis over honger en armoede in de wereld. In werkelijkheid is er voedsel in overvloed. Als kinderen van de honger sterven komt dat door de samenzwering tussen corrupte Afrikaanse leiders en linkse politici in dit land. De Nederlandse belastingbetaler wordt zo dus ook nog een loer gedraaid.

Ben je Turk, dan kun je bijvoorbeeld een artikel schrijven waarin je zegt dat 70 procent van de Turkse gezinnen in dit land betrokken is bij de drugshandel.

Wijs er ook op dat al die Turken, die hun hand ophouden bij de sociale dienst, in werkelijkheid tien keer zoveel verdienen in de drugshandel en met dat geld hotels bouwen in Antalya.

Ben je Marokkaan, dan kun je erop wijzen dat de misdaadcijfers onder Marokkaanse jongeren zo hoog zijn omdat de misdaad hen gewoon in het bloed zit en dat komt door die gesloten Berber-gemeenschap en hun achterlijke islamitische cultuur.

Nadat je met je groep hebt gebroken, moet je aantonen dat die groep zich al die negatieve culturele trekken eigen heeft gemaakt. Noem het allemaal op, al die tekenen die erop duiden dat de groep niet integreert, tot in het kleinste detail, en lepel de genoemde oorzaken op.

Afrikanen blijven achter omdat ze lui zijn, Turken blijven zich afscheiden omdat de drugshandel zo lucratief is, het probleem van de Marokkanen is complex want een interactie van uitkeringen, misdaad en islam. Om het publiek voor je te winnen, moet je de integratieproblemen vooral toeschrijven aan de allochtonen zelf.

Als je vrouw bent of homo, die door de allochtone groep wordt uitgespuugd, dan zit je goed. Zeg bijvoorbeeld dat de positie van vrouwen in jouw gemeenschap niet veel beter is dan die van de slaven in de zeventiende eeuw. Vertel een persoonlijk verhaal over verkrachting, besnijdenis of een gedwongen huwelijk waaruit je gevlucht bent en waarom je vader nu op bloedwraak uit is. Vergeet ook niet te vermelden dat de manier waarop allochtonen met Nederlandse vrouwen omgaan net zo erg is; vaders van middelbare leeftijd met jonge dochters lusten hier wel pap van. Je moet zeker ook wijzen op de homoseksuele leraar die door zijn allochtone leerlingen in elkaar is geslagen en nu in de WAO zit.

De volgende stap is dan om de linkervleugel van de politiek en de linkse media de oren te wassen. Zij zijn al die tijd blind geweest voor de tekortkomingen van de allochtonen. Hier is het handig om te vermelden dat iedereen die probeerde om de waarheid te vertellen door de linkse kerk en de linkse media voor racist werd uitgemaakt.

Als je dit allemaal voor elkaar hebt, dan kun je nog een stapje verder gaan en proberen de geschiedenis te herschrijven. Het zal je wel opgevallen zijn dat er eens in de zoveel tijd weer een discussie oplaait over de slavernij of het Nederlandse kolonialisme of de Tweede Wereldoorlog. Telkens wanneer een allochtoon begint te zeiken over het kolonialisme, moet je daarop inspelen en hem afschilderen als iemand die de brave Nederlanders alweer wil opzadelen met een schuldgevoel. Laat zien dat hij profiteert van de sociale voorzieningen in Nederland, maar nog steeds de onafhankelijkheidsoorlogen wil voeren die al meer dan veertig jaar geleden zijn uitgevochten. Hij moet zich eens bezighouden met zijn eigen integratie.

Vergeet niet dat een goed verhaal niet gediend is met feiten. Het is niet de bedoeling dat je nauwkeurig bent, je uitspraken nuanceert of een bredere context schetst. Vertel over je eigen ervaringen en persoonlijke observaties. De belangrijkste vooroordelen en de meeste borrelpraat is echt wel ergens op gebaseerd.

Omdat er van jouw soort te veel rondlopen is het zaak om jezelf te onderscheiden van de rest. Maak duidelijk dat wat jij zegt van gezond verstand getuigt, dat de meeste mensen die jij kent er zo over denken, dat jouw kennis uit eerste hand is omdat je zelf uit die groep komt.

Vergeet niet om een simplistisch verhaal over de verlichting, de democratische Grondwet en het secularisme klaar te hebben liggen. Je moet laten zien dat de allochtonen totaal vreemd staan tegenover dit soort begrippen en dat hun cultuur in strijd is met deze 'westerse' waarden. Geef de Nederlanders zoveel mogelijk het gevoel dat ze allemaal het kleinkind zijn van Rousseau, Voltaire en Kant en vergeet niet nog eens te benadrukken dat hun cultuur superieur is aan alle andere culturen in de wereld. Je zet jezelf zo neer als een echte universalist. Je legt de verklaring van de rechten van de mens naast de Koran, terwijl je de Bijbel of andere heilige boeken niet noemt, en laat zien hoe 'achterlijk' de Koran is. Je kan een paar regels uit de Koran citeren om de achterstandspositie van vrouwen in Amsterdam, het terrorisme in New York, de zogeheten 'afwezigheid van de verlichting' in de moslimwereld, de politieke conflicten van onze tijd en natuurlijk het falen van de integratie van allochtonen overal te verklaren. Ook de ideeën over de botsing tussen culturen en beschavingen scoren goed sinds 11 september en betitel degene die het daarmee niet eens is als politiek correcte klootzak.

Wanneer een krantenredactie lucht krijgt van je ideeën wordt je uitgenodigd om van deze cocktail van begrippen lange stukken schrijven in hun weekendbijlage en sta je binnen de kortste tijd bekend als filosoof, dichter of een groot schrijver.

Ten slotte is het misschien een goed plan om binnen jouw groep wat verzet tegen jezelf los te maken. En als geen enkele idioot binnen jouw groep op het idee komt om je te bedreigen, verzin dan een list.

Succes gegarandeerd. Je leeft tenslotte in een democratie en hebt het recht op vrije meningsuiting. Je zult er versteld van staan hoeveel mensen het voor je op nemen.

De rest volgt vanzelf. Kranten komen je je eigen column aanbieden, politieke partijen vechten om je en mensen zijn zelfs bereid om je geld te geven om op vakantie te gaan.

Voel je ondertussen niet schuldig over het verzet dat je oproept. De verhoudingen tussen moslims en andere Nederlanders waren toch al niet best na 11 september. Dat het werk en de inzet van mensen die zich op een andere manier willen bezighouden met de emancipatie van allochtone vrouwen teniet wordt gedaan doordat jij ongenuanceerd om je heen slaat: So what? Dat jouw geblaat andere, kritische en oppositionele stemmen in de allochtone gemeenschappen overstemt: Who cares?

Jude Kehla Wirnkar, Garjan Sterk en Fahrad Golyardi zijn socioloog. Mariwan Kanie is politicoloog.

Bron: Eutopia.nl


#14

Britse regering gebruikte Indiaanse soldaten als proefkonijnen.
http://www.guardian.co.uk/military/...2160245,00.html
#15
In de media / Beledigen is gevaarlijk
20/08/2007 om 11:09:28
"Beledigen is gevaarlijk"

De gretigheid waarmee men in Nederland stelling neemt tegen de islam, bewijst voor hoogleraar politieke filosofie en oud-CDA-senator Henk Woldring (64) dat Nederland het spoor nog altijd bijster is. Dat is, zegt hij, gevaarlijk: onze democratie is kwetsbaar.



Henk Woldring’Zo ingewikkeld hoeft het op zichzelf niet te zijn om met verschillende bevolkingsgroepen in één land te verkeren”, zegt Henk Woldring, hoogleraar politieke filosofie en oud CDA-senator. „Daarvoor is niet veel meer nodig dan het vermogen om elkaar ruimte te geven om te leven volgens de eigen waarheid, en bereidheid om samen verantwoordelijkheid te dragen voor het geheel. Zoals de rector van de Amsterdamse orthodox-joodse Cheiderschool ooit samenvatte: wij wensen onze kinderen op te kunnen voeden als echte joodse kinderen, opdat ze later als joodse volwassenen zich kunnen manifesteren als constructieve burgers.

„Ik ben ervan overtuigd dat de overgrote meerderheid van de moslims ook zoiets voor ogen staat. Meer of juist minder orthodox, misschien. Maar zoals iedereen willen zij het goede voor hun kinderen: goed onderwijs, een dak boven hun hoofd, een baan. Kortom, de kans om zich te ontplooien als een goed mens, wat in hun geval betekent: moslim kunnen zijn. Daar is niets op tegen. Sterker, het is winst dat we in een pluriforme samenleving leven met christenen, joden, moslims, maar ook met bankdirecteuren, arbeiders, rijken en armen. Die verschillen veroorzaken dynamiek en inspireren.

„Helaas kunnen we hier in de praktijk moeilijk mee overweg. In plaats van elkaar de ruimte te geven, lopen we met platvoeten door maatschappelijke complexiteit heen. Sinds de oudheid geldt als hoogste bestuurlijke wijsheid dat we de boel bij elkaar moeten houden. Tegenwoordig slaat iedereen er maar een slag naar. Onder het mom van vrijheid van meningsuiting vinden we het normaal, zelfs wenselijk elkaar de grofste beledigingen naar het hoofd te slingeren en complete bevolkingsgroepen te schofferen. En politici doen daar dapper aan mee. Raadslid Ehsan Jami heeft de Profeet en daarmee de moslims grof beledigd. Maar vanuit de Antillen laat VVD leider Mark Rutte weten dat hij onvoorwaardelijk met hem solidariseert en verwijt hij zijn collega Wouter Bos over slappe knieën te beschikken. Weet zo’n politicus wel wat hij aanricht? Als je het mij vraagt, reageert Rutte’s mond sneller dan zijn hersens.

„Wat me verontrust is dat er zo weinig oog is voor het geheel, geen besef ook van de broosheid daarvan. Kennelijk neemt men klakkeloos aan dat de democratie wel een stootje kan velen. Het mag zo zijn dat de grondslagen voor onze democratie al werden gelegd in het klassieke Athene, meer dan tweeduizend jaar geleden, dat neemt niet weg dat de democratie zoals wij die kennen in de vorm van algemeen kiesrecht dateert uit het begin van de vorige eeuw. Die eeuw kenmerkte zich door massabewegingen en twee wereldoorlogen. Pas in de jaren zestig van de vorige eeuw kregen de vrouwen in Zwitserland kiesrecht en pas in de jaren zestig ook kwam het tot gelijkberechtiging van de zwarten in de Verenigde Staten. Terwijl er in het overgrote deel van de wereld van een goed functionerende democratie geen sprake is. Desondanks denken we dat de boel hier niet kapot kan’’.



Is de paradox niet dat de Hirsi Ali’s, de Jami’s, de Wildersen, kortom iedereen die meent het land op scherp te moeten zetten vanwege het gevaar uit islamitische hoek, juist op menen te komen voor wat zij noemen: de centrale waarden van onze democratie?

„Dat mogen ze denken. Maar ze hebben gewoon ongelijk. Zo ga je niet met mensen om. Zo grof. Zo beledigend. Daarmee ontkennen zij al datgene waar moslims in waarheid voor menen te staan en daarmee ontkennen zij in feite hun identiteit. Net als de democratie zijn mensen uiterst kwetsbaar. En één ding is zeker, door hen zo te provoceren bereik je niets. Veel eerder zal men geneigd zijn zich in het eigen gelijk te verschansen.

„Overigens maak ik me geen enkele illusie dat de bevolkingsgroepen zonder provocatie wel snel naar elkaar toe zullen groeien. Nederlandse emigranten vestigden zich al in 1847 in de Amerikaanse staten Michigan en Ohio. Ik heb daar aan het Calvin College in Grand Rapids een jaar aan de universiteit gedoceerd en meegemaakt hoe pas in 1981 de laatste kerkdienst werd gehouden in het Nederlands, meer dan honderd jaar na dato dus. Die geleidelijke integratie is ook het punt niet. Waar het om gaat is de bereidheid van groepen om te investeren in het geheel en zich daar ook aan gebonden te achten.”

Maar is dat niet precies het probleem met moslims. Dat ze anders dan christenen, joden, of hindoes, moeite hebben de centrale waarden van onze democratie te onderschrijven, zoals gelijke behandeling en een waarachtige godsdienstvrijheid, inclusief de vrijheid om naar een ander geloof over te stappen, of zelfs helemaal van het geloof af te zien?

„Ik denk dat respect en elkaar de ruimte laten ook hier de sleutelwoorden zijn. Om man en paard te noemen: bepaalde opvattingen over homoseksualiteit, afvalligheid, of de gelijke behandeling van mannen en vrouwen zijn niet van de ene op de andere dag te veranderen. Wel moet je van moslims eisen dat ze zich aan de wet houden en de meesten zullen dat ongetwijfeld ook doen. Maar ook dan geldt dat velen over dit soort zaken afwijkende opvattingen blijven houden, dat zie je trouwens bij orthodoxe christenen ook. Ik loop daar tot op de huidige dag op deze universiteit nog tegenaan. Maar neem van mij aan: het helpt niet hen met het pistool op de borst een andere levensstijl af te dwingen. Dat werkt averechts. De theorie dat je zo de boel kan openbreken gaat niet op. De Dolle Mina’s hebben in de jaren zeventig heel wat teweeg gebracht, maar hun moeders en vaders zijn gewoon gebleven die ze waren.”

De strijd is dus hopeloos?

„Zo somber ben ik ook weer niet. Wat ik zei is dat we ons geen enkele illusie moeten maken dat bevolkingsgroepen snel zullen samensmelten, nog afgezien van de vraag of dat wenselijk is. Per slot van rekening kunnen we juist door de verschillen ook veel over onszelf leren. Het enige wat ik vaststel is dat gedwongen integratie en provocatie averechts werkt. Daar zit geen winst in. Het betekent alleen maar dat je de ander niet serieus neemt en dat leidt weer tot minder bereidheid om te investeren in het geheel. Men sluit zich op in het eigen gelijk. Om dat te doorbreken zal er sprake moeten zijn van respect voor elkaar. In die zin is slogan van Balkenende zo gek nog niet: fatsoen moet je doen.

„Hoe te investeren in het geheel is trouwens ook een kwestie van leren. Leren om een goed staatsburger te zijn was vroeger een vast onderdeel van politieke partijen. Politieke leiders gingen hun aanhang daarin als het ware voor. Denk aan mensen als Banning en Vorrink in de PvdA. „

Maar is het probleem niet dat hedendaagse burgers dit als betutteling ervaren, die willen domweg zelf uitmaken wat goed is en wat niet? De illusie van de vrijheid van keuze wordt ook nog eens krachtig ondersteund door het geloof in de onaantastbaarheid van de vrije markt.

„Jazeker. Maar de vrije markt is geen autonoom gegeven. Het zal je opgevallen zijn dat er tegenwoordig heel wat minder ranzige porno op de beeldbuis te zien is dan vijf jaar geleden. Die uitkomst is onder andere het resultaat van politici en media die tegengas hebben gegeven. Moet je dat onwenselijke betutteling noemen, een belemmering van de vrije markt? Of is het een welkome correctie op doorgeslagen hedonisme? Ik hou het op het laatste. Je zou ook zeggen: de markt was niet meer bij de tijd. En gelukkig waren er genoeg mediamensen en politici met verantwoordelijkheidsgevoel om de televisie weer bij de tijd te brengen.

„En nu we het toch over verantwoordelijkheid hebben: het is ronduit treurig om te zien hoe politici er maar een slag naar slaan. Zij verlangen van burgers om te investeren in het geheel, om zo de boel bij elkaar te houden. Maar zelf maken ze er een potje van. Na de val van de muur in 1989 mochten we oprecht hopen op een geïntegreerd, vreedzaam Europa. Het kwam er niet van. Europa bleek al snel te verdeeld en onmachtig om een rol van betekenis te kunnen spelen in de tragedie van het uit elkaar vallen van Joegoslavië. Trouwens, als het over Europa gaat is Nederland de weg helemaal kwijt. De meeste landen relateren hun relevantie op één of andere manier aan Europa. Natie en Europa zijn onherroepelijk met elkaar verbonden. Het is de enige weg. Zelfs een land als Polen ziet dat. Hier in Nederland stellen partijen Europa voor als een instantie die ons alleen maar geld kost en ons opzadelt met een niet te hanteren bureaucratie. Poltici hebben zich lelijk op sleeptouw laten nemen door de SP. Zelfs de grote politieke partijen, de VVD voorop, hebben het domweg laten gebeuren.

„Het trieste is dat we ons iedere keer weer laten verrassen. Neem die discussie over het dubbele paspoort. Iedereen weet dat dit verschijnsel in een globaliserende wereld steeds vaker zal voorkomen. Mijn oudste zoon is in 1981 in Grand Rapids geboren in de Verenigde Staten. Hij is dus Amerikaan en Nederlander. En waarom ook niet. Het is een bijverschijnsel van de migrantenstromen die alleen maar sterker zullen worden. Dat dubbele paspoort hou je dus niet tegen. Ik ben daarom stomverbaasd dat de politiek zich met dit onderwerp zo voor het karretje heeft laten spannen van Geert Wilders. Kennelijk weten we ons geen raad met het bijkomende probleem van de loyaliteit. ”

Loyaliteit aan wat? Aan onze dominante en superieur geachte cultuur? Is dat het probleem? Dat het in wezen gaat om twee culturen die beide onderwerping eisen?

„Geen misverstand daarover: de basiswaarden van onze samenleving staan wat mij betreft als een huis. Zaken die daarmee strijdig zijn kunnen absoluut niet door de beugel, zoals eerwraak, ongelijke behandeling, discriminatie. En vanzelfsprekend is het gebruiken van geweld in welke vorm dan ook uitgesloten. Maar dan resteert er nog een forse bandbreedte waarin we elkaar wel degelijk de ruimte moeten laten. Daarin past geen provocatie. En in ieder geval moet de politiek zich daar verre van houden. En vermoedelijk wil de politiek dat ook wel, maar laat ze zich telkens verleiden tot machtsspelletjes waarin men elkaar de loef af wil steken, wie het beste in staat is om de onderbuik gevoelens te bespelen. Dan zien we een VVD die zich over Jami ontfermt om de PvdA dwars te kunnen zitten. En dan zien we ook hoe andere partijen wegkijken, zoals de SP en mindere mate ook het CDA wegkeek toen Wilders over het dubbele paspoort begon.

„Het is allemaal weinig verheffend. Het ondergraaft bij burgers de bereidheid om te investeren in het geheel. Laten we wel wezen, in godsdiensten worden vaak grote woorden gebruikt. Iemand als Abram Kuyper was één en al stelligheid over wat de Heer met ons voor heeft. Hij wist het precies. Veel te precies als je het mij vraagt. En zo zal het in de islam ook wel zo zijn. Maar uiteindelijk gaat het er in een pluriforme samenleving om elkaar het leven mogelijk te maken.”



Bron> Trouw


#16
Politiek / De islamitische democratie
08/08/2007 om 09:32:01
De islamitische democratie
Link naar De Consultatie: De Heilige Koran, vers 42 (Soerat As-Shoera)

Dit is een heilige tekst waarin weinig tot niets concreets wordt gezegd over de juridische vorming van jurisprudentie/wereldlijke wetgeving. Het weergeeft echter wel de belangrijkste kaders in de Islam voor verbetering van de samenleving in ieder aspect. Aangezien democratie ten doel heeft de samenleving in beraadslaging te verbeteren (zoals ook weergeven in dit vers) is mijn eigen uiteindelijke interpretatie van dit vers als volgt:

De islam in de politieke context heeft primair politieke principes die vandaag de dag wereldwijd geldig zijn. Een van die principes is essentieel voor de democratie, en dat is juist het principe van de Shoera. Soerat As-Shoera, benoemt eerst de kwaliteiten van goede moslims en stelt dan bij de bekende pijlers vast dat zij hun kwesties behandelen in onderling overleg.

In het Arabisch: 'Wa Amrohom Shoera Baynahom', waarbij het woord 'amrohom', door ons vertaald als 'kwesties', meer inhoudt dan in onze interpretatie ervan. Het heeft een meer algemene en universele reikwijdte, naar iedere beslissing op ieder niveau. 'Shoera' betekent 'beraadslaging', welk een onmisbare pilaar is voor de uitvoering van zuivere democratie.

Dit vers bepaalt in de eerste plaats dat het het volk is dat zijn eigen kwesties moet behandelen, met andere woorden dat het zichzelf moet regeren. En het moet dat doen door middel van het beraadslagen van haar leden, al haar leden. Het idee van de wet van het volk, ofwel democratie, is dus absoluut een islamitisch idee. En niet alleen dat: het principe van As-Shoera maakt van democratie voor iedere moslim een verplichting.

De overeenkomst tussen islam en democratie is dat beiden gericht zijn op het verbeteren van de samenleving welke zoals bijvoorbeeld wetenschappelijk gesteld in het rapport van de Wetenschappelijke Raad voor Regeringsbeleid 'Dynamiek in islamitisch activisme' en verdeeld kan worden in 3 categorieën: de individuele, de sociale en de politieke waardigheid met als hoofdnoemer/paraplu, de menselijke waardigheid.

Een moslimmaatschappij kan, om waarachtig islamitisch te zijn, niet anders dan een democratie zijn. Veel mensen zouden tegenwerpen dat de geschiedenis het tegendeel laat zien en dat islamitische maatschappijen ten prooi vielen aan despotisme en geen democratieën hebben gevestigd. Dat is waar, maar ik hoop dat u het met me eens bent dat dit gebeurde ondanks de islam en zéér zeker niet dankzij de islam.

De principes van de politieke grondslagen van de islamitische staat luiden als volgt:

1. Een gekozen leider, verkozen door het volk en daarmee regerend in overleg.

2.Een scheiding van machten, in ieder geval tussen de uitvoerende en de rechterlijke macht.

3. Een egalitair economisch systeem, gebaseerd op een tot norm gemaakte solidariteit en het voorkomen van uitbuiting, monopoliën en concentratie van kapitaal.

4.Bescherming van minderheden en respect voor diversiteit, ook in culturen.

5. Vrijheid van opinie en van deelname aan verkiezingen, hetzij als kandidaat, hetzij als politieke daad.

Dit zijn vijf kenmerken van de islamitische staat van de eerste kaliefen. Mijns insziens maken deze vijf elementen de islamitische staat veel democratischer dan de meeste Westerse landen, zij het met als kanttekening dat de geest tussen beide tijdsgewrichten verschillend is. De westerse democratie is gebaseerd op de overdracht van de macht van het volk naar het bestuur en het parlement, en dat voor een bepaalde periode. Het principe van de Shoera (consultatie) wijst de absolute overdracht van macht af en vraagt na de verkiezing een voortdurende, actieve participatie van het volk bij het regeren.

Het parlement zoals dat in de meeste Europese landen functioneert, is niet voldoende, omdat het om niet meer dan een georganiseerde groep parlementariërs gaat die eerder de belangen van hun partij en soms die van andere machtsblokken dienen dan die van hun electoraat. Een beter systeem zou zijn raden te kiezen, te beginnen op het niveau van wijken, dan van steden, van provincies en van federatieve staten, die alle statutair met elkaar en aan het nationale parlement zijn gekoppeld en die alle de mogelijkheid hebben mee te doen aan het besluitvormingsproces.

Aldus is het Shoera een principe dat een basis democratie behoeft. En hoe meer nieuwe horizonten de technologie ons biedt om de democratie meer op de basis georiënteerd te kunnen maken en minder steunend op een systeem van machtsoverdracht, des te meer zou de maatschappij hiervan gebruik moeten maken.

In de Islam is ook een zekere pluriformiteit op juridische vlak gegarandeerd. De maatschappij kan verschillende rechtsordes hebben op het niveau van het familierecht en dat in functie van verschillende filosofische of religieuze opvattingen. De maatschappij is niet alleen multicultureel en multireligieus, het is ook multi-institutioneel tot op een bepaald niveau.

Om deze diversiteit in een beter functionerende democratie op alle vlakken te garanderen is het belangrijk de vrije circulatie van informatie en meningen te garanderen. Dit kan alleen het geval zijn wanneer de vrijheid van onderwijs wordt gegarandeerd. Maar ook de toegang tot de media in al haar vormen moet een recht zijn en in de praktijk mogelijk gemaakt. Media moeten democratisch zijn en monopolie van media door de staat of het kapitaal of welke instantie dan ook moet onmogelijk gemaakt worden. Vooral de media speelt hierin een zeer belangrijke rol, alsmede de privatisering van de media en de rol die de overheid hierin (voorlopig) NIET wenst te nemen.

Op het shari'a-onderwerp zal ik dieper ingaan in een nog te verschijnen boek dat de shari'a in wetgeving presenteert en het eerste shari'a-wetboek (weergeven in artikelvorm en al) in Nederland zal zijn, met Gods wil.

M.R. Jabri
© Islamic Review, 31 mei 2007

#17
In de media / Republikein dreigt moslims
08/08/2007 om 09:27:31
Republikein dreigt met bombardement op Mekka

De Republikeinse presidentskandidaat Tom Tancredo. De Republikeinse presidentskandidaat Tom Tancredo heeft een golf van verontwaardiging uitgelokt met zijn bedreiging om de heiligste steden van de islam, Mekka en Medina, te bombarderen. Het ministerie van Buitenlandse Zaken in Washington sprak van weerzinwekkende uitspraken. Tancredo vertegenwoordigt de staat Colorado in het Huis van Afgevaardigden.

De 61-jarige politicus is in de kiesstrijd als hardliner vooral bij kwesties als de "strijd tegen terrorisme" en illegale immigratie opgevallen. Het regende maandag ook kritiek van medewerkers van de president en Amerikaanse moslimbewegingen.

"Het officieel standpunt van de Amerikaanse regering is dat deze opmerkingen gewoon schandelijk zijn", zei de woordvoerder van Buitenlandse Zaken Sean McCormack. Met het oog op mogelijke reacties in de islamitische wereld wees de woordvoerder er op dat de uitspraken werden gemaakt tijdens de kiesstrijd en dat kandidaten voor zichzelf en niet uit naam van de regering in Washington spreken.

"Afschrikking voor elk soort terrorisme"

Tancredo had zondag tijdens een televisiedebat zijn standpunt in de strijd tegen terreur verdedigd waarin hij stelde dat de Verenigde Staten als reactie op een terroristische aanval met een kernwapens, Mekka en Medina in Saoedi-Arabië moeten bombarderen. Tancredo noemde de bedreiging een afschrikking voor elk soort terrorisme.

Verschillende Republikeinse presidentskandidaten distantieerden zich onmiddellijk van Tancredo. Volgens kandidaat Tommy Thompson zou een bombardement van religieuze steden niets anders teweegbrengen dan dat een miljard moslims zich tegen de Verenigde Staten zouden keren. Kandidaat Mike Huckabee noemde het idee verschrikkelijk. Kandidaat Duncan Hunter zei dat hij zich niet achter dit voorstel kon scharen.

Mekka is de geboortestad van de profeet Mohammed en daarmee tegelijkertijd de heiligste stad van de islam. De grootste koepelorganisatie van de moslims in de Verenigde Staten, de Raad voor Amerikaans-Islamitische Betrekkingen, riep Tancredo op zich voor zijn uitlatingen te verontschuldigen. Deze beschadigen de belangen van de Verenigde Staten in de islamitische wereld en dienen onvermijdelijk de retoriek van extremisten.

"Geschift"

De dreiging met een bombardement werd vorige week dinsdag na een verkiezingsmanifestatie in de staat Iowa door de internetprovider iowapolitics.com verspreid. Tancredo was niet onder de indruk van de eerste kritiek van het ministerie van Buitenlandse Zaken, volgens wie het voorstel "compleet geschift" is. Iedereen die het bombarderen van de heilige steden als afschrikkingsmiddel voor een terroristische aanval van de tafel veegt, is niet geschikt voor het presidentieel ambt, zei hij tijdens het televisiedebat van zondag. (belga/dm)


#18
Politiek / Marokkaanse blauwhelmen
25/07/2007 om 14:50:58
Onderzoek misbruik Marokkaanse blauwhelmen Ivoorkust
NEW YORK - De Verenigde Naties zijn een onderzoek begonnen naar beschuldigingen van grootscheeps seksueel misbruik door een eenheid blauwhelmen in Ivoorkust. De beschuldigde eenheid, een bataljon van achthonderd man, mag de basis niet verlaten.

In een verklaring noemden de VN niet uit welk land de militairen kwamen en hoeveel er worden verdacht. Een anonieme functionaris liet evenwel weten dat het gaat om Marokkaanse militairen. Zij zouden seks hebben gehad met minderjarige meisjes. De VN hebben de Marokkaanse autoriteiten opgeroepen uitleg te geven.

Kwaad daglicht

Meerdere vredesoperaties zijn de laatste jaren in een kwaad daglicht gekomen vanwege verkrachting en seksuele uitbuiting. Dat gebeurde onder meer in Oost-Timor en de Democratische Republiek Congo. Het bracht de VN er toe met strenge regels te komen voor militairen die zich misdragen.

De beschuldigde militairen zijn gestationeerd in Bouaké, een bastion van rebellen in het noorden van Ivoorkust. In het West-Afrikaanse land zijn iets meer dan negenduizend VN-militairen gelegerd uit ruim veertig landen.

Bron: nu.nl
#19
In de media / De mythe van het vrije ik
25/07/2007 om 14:46:21
De mythe van het vrije ik


AVERBODE (RKnieuws.net) - In de reeks ’Christenen in dialoog’ (uitgeverij Altiora Averbode) verscheen ’De mythe van het vrije ik - pleidooi voor een menselijke vrijheid’ van Wouter Beke (1974), doctor in de sociale wetenschappen, verbonden aan het Overlegcentrum van Ethiek (KU-Leuven) en nationaal ondervoorzitter van CD & V.
Volgens het politieke correcte denken is de burger een vrij persoon die zijn bestaan volledig in handen kan en moet nemen. Beke stelt indringende vragen bij die individualistische vrijheid die bij nader toezien veeleer een mythe dan een werkelijkheid is. Niemand leeft immers zonder verbondenheid. Meer nog, het uitsluiten van menselijke verbondenheid is een gevaar voor de maatschappij. In een snel veranderende wereld moet de politiek aan de mensen duidelijk maken dat zij in verbanden leven waarin belangrijke waarden zoals respect en solidariteit een plaats moeten krijgen. Ook zingeving en actief geloof zijn noodzakelijk voor de mens wiens wereld een dorp wordt, aldus Beke, de nieuwe huisideoloog van de Vlaamse democraten.

Wouter Beke wijdt in zijn boek een volledig hoofstuk aan zingeving en actief geloof. Ondanks de daling van de praktijkkerkelijkheid blijft de hunker naar zingeving bij heel wat mensen groot, aldus Beke. Hij wijst er op dat het geloof mensen niet alleen aanspreekt op hun persoonlijke manier van leven, maar ook op hun manier van leven met anderen. Geloof is voor hem niet enkel een zaak van het individu maar ook van de samenleving. Wanneer de scheiding tussen Kerk en Staat wordt opgevat als totale privatisering van het geloof, belemmert ze de vrijheid van godsdienst, aldus de auteur. ’Geloof is een privé-zaak met een hoog samenlevingsgehalte’.

Het samenleven kan volgens Beke niet georganiseerd worden zonder de actieve erkenning van de georganiseerde godsdiensten. Hij noemt het geloof nuttig en wezenlijk. De overheid moet volgens Beke aan de verschillende religies en levensbeschouwingen een plaats geven in de samenleving zodat ze ook op het publieke forum plaats kunnen nemen in de grote discussies over leven en samenleven.

Het geloof verbindt mensen en brengt mensen samen, aldus Beke. Het versterkt de maatschappelijke samenhang. Beke pleit ervoor dat het geloof ruimte moet krijgen om zijn kritische stem te laten horen. Het kritische geluid van het geloof is volgens hem bevorderlijk voor de democratie. Beke vraagt respect voor hen die zich religieus willen manifesteren. En hij pleit nog meer voor respect voor tradities, gebruiken en symbolen die reeds tweeduizend jaar deel uitmaken van onze cultuur. De auteur vraagt zich af of men vandaag nog wel bereid is om vanuit een open visie een plaats te geven aan het actueel geloof van mensen.

Beke maakt in dit boek niet enkel goede analyses. Hij hanteert ook een duidelijke taal en zegt duidelijk waar het op staat. Alleen dit al maakt van ’De mythe van het vrije ik’ een bijzonder lezenswaardig boek.

Wouter Beke, De mythe van het vrije ik - Pleidooi voor menselijke vrijheid; uitgeverij Altiora, Averbode; 197 pagina’s; 14,95 euro