Izem ḏ moro ḏ umcic

Gestart door Botermes, 10/06/2018 om 23:28:58

Botermes

Ijju w as, imsagar yizem ag umcic.
Yandqad yizem ynnas

- Max d̠̣'gid ay amcic? Min c yuÉ£an twariÉ£c  d̠̣ xiqad ammen?


Ynnas umcic

- Aqai ay izem, qa tak xafi attas, zadɣaɣ ag Moro.
  ZÉ£irac mizi qimmaÉ£ amya  d̠̣ akuḥ.

Ynnas yizem

- Xya, suyenni uxa d̠̣ ugid̠̣ at mÉ£arad. Axmi c twariÉ£, tafax c tawid dagi. Ticri, É£ak ṯicri inu. Maca cak d̠̣  qimmad  d̠̣ akuḥ.

Ynnas umcic

- Qa u tifaɣ min ɣa caɣ ag Moro. Drus id̠̣ay itic n maca.
  Marmi ma qarbaÉ£ akis caÉ£, axi d iḥettu s ṯsiriṯ. Ad̠̣  ayd ynni  “ Qssav a mis n raḥam.”

Ynnas yizem

- Majd mis n raḥam wanitin Moro ya, itsakat xafec actuya.
  Awyay É£aas, ad É£adraÉ£ ymmas ad̠̣an.

Ynnas umcic

- Waxxa, ac awiɣ ɣaas.

Ruxnni goarn goarn ar wami xad̠̣ran mani yzad̠̣aɣ Moro.
Ufin Moro ytazza ygyuran s uckor. Yxzaad Moro d̠̣ag umcic d̠̣  yizem.

Ynnas Moro

- Ynnuɣ ay uckor dag gyur a. Cak ay izem qa d̠̣jahdad̠̣ attas.
  Ma d̠̣zmarad̠̣ aday d̠̣ εawna d̠̣ gi manaya. Mara dxsad̠̣ , acij arebbi.

Ynnas yizem

Yih, εad rux. Ac εawnaɣ, yfɣic umnus.

Ynnas Moro

- Waxxa ay izem. Cak akkad sanitin. Tca ibacxad gi ṯfaxsa mani ynnoɣ uckor, atiri nac ad jabdaɣ ackor.

Ygas yizem ari y Moro. Netta izem aḏ yg ibacxad gi  ṯfaxsa ugyor, netta Moro aḏ yjbaḏ ackor sinni.
Yqimm yizem noɣnas ibacxad gi tfaxsa ugyur. Netta axs dicsi moro s uckor. Yεbarast Moro y yizem.

Botermes

#1
Nawoord

Dit is een Riffijns kinderverhaal uit het Spaans koloniale tijdperk. Men spreekt hier van “Moro” wat Moor betekent. Het woord ''moro'' dien je in de context plaatsen van de duistere zijde van de mensheid, de mens van zijn slechtste kant. In dit verhaal is Moro ook de antagonist.

Izem (leeuw) de protagonist wil amcic (kat) helpen omdat die zoveel te lijden heeft onder zijn baas Moor (mens). Dat Kat zo klein is en Leeuw zo groot, komt omdat kat maar heel weinig te eten krijgt van Moor en hem vaak wegjaagt, vertelt Kat aan Leeuw.  Dat zet kwaad bloed bij Leeuw dus wil hij opkomen voor kat, zijn soortgenoot, en die Moor eens een lesje gaan leren.

Kat brengt Leeuw naar Moor. Ze treffen Moor aan die aan het houthakken is. Nadat Moor hen heel aandachtig bekijkt vraagt hij Leeuw  hem een handje te helpen bij zijn bijl die vast zit in een boomstam, omdat (Izem) leeuw zo sterk is, voegt Moor daar vleiend aan toe. Leeuw zo trots als hij is, stemt daarmee in en besluit hem eerst even te helpen.

Moor vraagt Leeuw of hij een klauw in de spleet waar zijn hakbijl vast zit, te stoppen en kracht te zetten. Op het moment dat Moor zijn hakbijl uit de spleet haalt, zit Leeuw zelf met zijn klauw vast in de spleet van de stam. Hier ziet Moor zijn kans schoon om met de hakbijl naar Leeuw uit te halen. Moor heeft Leeuw misleid.

Het moraal van het verhaal is dat je beter slim kunt zijn, dan sterk.

Botermes

#2
Ik heb het geschreven vanuit de Awayigherse vertelwijze, omdat mij dat op die manier is overgebracht. Desalniettemin, heb ik wel geprobeerd het zo weinig mogelijk plat-Awayighers te houden en zelfs wat hedendaagse uitdrukkingen te gebruiken, in de mate dat het verder nauwelijks af doet aan het originele karakter van het verhaal.

Er bestaat geen consensus over hoe we nou wel of niet precies Riffijns dienen te schrijven, dus schrijf ik in principe vanuit mijn eigen dialect, zoals anderen ook vanuit hun eigen dialect schrijven.

Dan nog iets over de term “Moro”. Je zou dus kunnen stellen dat dit een uiting is van een minderwaardigheidscomplex waar natuurlijk een kern van waarheid in zit, maar het nam op een gegeven moment zodanig een wending aan, dat er meer “mens” in de negatieve zin mee werd bedoeld, dan een betekenis van expliciet etnische aard. Naarmate er meer mensen die het koloniale tijdperk hadden meegemaakt kwamen te overlijden, des te meer het woord uit gebruik raakte. Op zich is er niks mis met het woord “Moor” maar in een koloniale context waarin de één minderwaardig is aan de ander, is het niet vreemd dat zo’n woord negatieve connotaties ontwikkelt.

Botermes

#3
Het kan dus zomaar zijn dat het verhaal zelfs van pré-koloniale origine is. Het woord Moor kan zomaar een vervanger zijn van een voorganger, en dat deze slechts de koloniale versie is.

Tegenwoordig is “Amarok” de vervanger van “Moro”, ook een woord dat vaak wordt gebruikt in de negatieve zin. Dan hoor je vaak als iemand zijn ongenoegen over je uitspreekt: “Ay amarok!”. The struggle continues..

Botermes

Dus dacht ik dat het fijn zo zou zijn meteen er een woordenlijst uit het verhaal bij te plaatsen. Dat had ik gelijk moeten doen ipv door te gaan over randzaken erom heen. Maar hee, bij ons zeggen ze altijd: Beter ooit, dan nooit.  ;)

Keep in mind, that I’m using approximations, dus niet altijd letterlijk woord voor woord omdat dit de beste manier is, voor een optimale uitleg bij het vertalen van de ene taal naar de andere.

Ijju w as: Op een dag.

Yandqad: Hij doorbrak de stilte.

Suyenni: Vandaar

ad̠̣an: Darmen ( letterlijk)

ṯsiriṯ: Schoen (letterlijk)


Wordt vervolgd.



Botermes

#5
Yfɣic umnus: Komt voor elkaar, maak je geen zorgen. Amnus: zorg (zelfst. nw, ongebonden) > umnus (gebonden).

Ynnuɣ: 3e pers. enkv vvt werkw voor vast of klem zitten.

Uckor: hakbijl (letterlijk) (gebonden) > ackor (ongebonden).

akuḥ: klein (letterlijk) formaat.



Botermes

Heel werkwoord: AnuÉ£i ~ uitdrukking: TinuÉ£in, betekent zoiets als  diep in de problemen zitten.

Botermes

#7
Een betere verwoording voor het moraal van het verhaal zou zijn, dat geslepenheid een deugd is.
Dan kun je je ook meteen inbeelden in wat voor soort maatschappij men leefde, één waarin je geslepen diende te zijn om te overleven. En dat duurt nog gewoon voort, in Marokko. We hebben die mentaliteit zelfs naar hier meegenomen. Het is typerend voor mensen van een lager socio-economische status. Kijk maar naar de mentalteit van de mensen uit de buurt waar Rocky Balboa vandaan kwam, zo waren zij ook. Die film is wel één van mijn all time favorites, trouwens.

Botermes

#8
Ik stel dus dat geslepenheid inderdaad tot de deugden behoort, maar dat geslepenheid in de vorm van het bedriegelijke en manipulatieve pertinent afgewezen dient te worden, waardoor ik het moraal van het verhaal moet bijstellen naar: dat men behoedzaam moet zijn voor deze vorm van geslepenheid. In that regard, is de essentie van het verhaal dat je voorbereid wordt op het leven. Very educational, I would say.

I would argue, dat geslepenheid in de vorm van jezelf voor 200% inzetten voor something you’re very passionate about, of het beroep dat je beoefent of je nou een vuilinsman bent of een chirurg, de wenselijke vorm is, vanuit een morele invalshoek.

Dit simpel kinderverhaal legt de negatieve zijde van de menselijke conditie bloot, dat het ook het eerder genoemde socio-economisch aspect overstijgt. Denk daarbij aan de kwaadaardige vorm van kapitalisme dat een overgrote meerderheid van de wereldbevolking teistert en vooral een marginale elite boven iedereen bevoordeelt.



Botermes

#9
Ooit bracht Najib Amhali in één van zijn shows heel even iets over “Berberse sprookjes” ter sprake. Daarbij gaf hij een oppervlakkig voorbeeld van : “Er was eens een vrouw, en die ging dood.” In die woorden. Wat een lul met zo’n flauwe opmerking, dacht ik destijds. In de loop der tijd ben ik daar anders over gaan nadenken.

Amazigh-sprookjes zijn voor Najib, zoals blijkt, iets uit zijn vroege jeugd dat hij maar vaag kan herinneren. Daar neemt hij toch onderbewust in die flauwe oppervlakkige opmerking iets uit mee. Namelijk, het element van horror dat in veel Amazigh-kinderverhalen te vinden is.